“Au revoir”, zegt hij zachtjes. Ik sla mijn armen om hem heen en piep met verstikte stem terug: “Bonne chance Patrick.” Tegelijkertijd krijgt Wietze een donderende klap op zijn schouder van de Belg Salvatore. Dezelfde emotie krijgt een andere vorm, maar is even sterk. Beide solozeilers zijn in krap tien dagen tijd goede vrienden geworden. We deelden prachtige avonden, goede gesprekken en culinaire uitspattingen. Uitzwaaien doet altijd zeer. We weten dat beiden een pittige tocht voor de boeg hebben. Hun planning dwingt ze iets eerder zuidwaarts te gaan dan het weer toelaat. Wij wachten nog een paar dagen op gunstiger weer. Even later zitten we beiden in het donker in de kuip. Het geknetter van hun buitenboordmotortjes sterft langzaam weg in de nacht. Morgenvroeg gaan ze ankerop bij het eerste daglicht. We zullen ze missen.
De volgende morgen klopt Sven, de Zweedse buurman die gisteren aangekomen is, op het dek. “Zeg, waar hebben jullie touw gehaald?” is de eerste vraag. Er volgen er nog vele en we lepelen alle plekken op waar wij de afgelopen dagen onze spullen gehaald hebben. Hij gaat met het lijstje aan de slag. Terwijl we nog even kijken of we de masttoppen van onze vrienden in de verte nog zien, komt er een Duitse boot binnen. Ook Patagonië-gangers. Zelfde lijstje vragen: diesel, touw, kaarten, eten….
Jaren geleden noemde Vivian Oskam (u weet wel, van Duende) Mar del Plata het basiskamp voor zeilers die zuidwaarts gaan. De laatste plaats voordat het ‘echte werk’ begint. De plek om dingen in te slaan, de boot in topconditie te brengen en nog één keer te genieten van de stadse geneugten. Het voelt inderdaad exact zo. Boten komen vanuit diverse richtingen naar Mar del Plata. De grote visserijhaven heeft een soort knikkerputje aan de zijkant en daar mogen de jachten in. Een bassin dat helemaal volgepropt ligt met steigers, want er zijn maar liefst vijf jachtclubs die hier hun basis hebben. Yacht Club Argentino is de enige die buitenlanders gastvrij ontvangt. Buiten het kommetje liggen een viertal boeien die ook druk gebruikt worden.
Mar del Plata is onder Argentijnen met name bekend als grote badplaats. Vroeger voor de upperclass, momenteel meer voor de middenklasse. De upperclass gaat nu naar ‘Punta’ in Uruguay. De stad zelf is dus volledig op toerisme ingericht. Het havengebied is een wereld op zich: hier is het de visserij die het beeld bepaalt. Honderden vissersboten in allerlei maten en kleuren en bedrijven die volledig op scheepvaart en visserij gericht zijn. We wandelen rond en staan ineens in een klein straatje met allerlei winkeltjes die vis en visproducten aan toeristen verkopen. We eten heerlijke inktvis en slenteren naar de wallekant. De alomtegenwoordige zeeleeuwen liggen hier ook weer lekker lui in de zon. Het blijft heerlijk om er naar te kijken, we krijgen er geen genoeg van. Bovenwinds, weliswaar.
’s Avonds halen we weer een weerkaartje binnen en vragen ons af hoe onze vrienden het maken. Ons weergat lijkt steeds zekerder te worden. De actielijstjes worden dringender. Het gaat nu echt beginnen. Maar eerst nog een tangoles!
Mar del Plata, Argentinië, december 2014
Tekst en foto’s: Wietze van der Laan en Janneke Kuysters
Tags: column Anna, Column Janneke Kuysters Last modified: 17 maart 2021