Reisverhalen

Column Anna: Retourtje Bermuda

09:00

Vorig jaar juli gebeurde het ineens. We ontmoetten Peter en Ann, een leuk stel dat bij hun vrienden op een motorboot een paar dagen meevoer. In een piepklein dorpje in Alaska kwamen we aan de praat. Over lange zeilreizen en over de America’s Cup die verzeild wordt in Bermuda. Zij zijn beiden Bermudanen. “Kom bij ons logeren” zei Ann. “Is leuk”. We glimlachten om het onverwachte van de uitnodiging. Bermuda? Tsja, het begon al snel te kriebelen. We weten niet of we via Bermuda uiteindelijk terug gaan naar Nederland, maar we zijn er wel nieuwsgierig naar. En de voorbereidingen voor de America’s Cup van dichtbij zien? Leuk. Al snel zaten we te googelen. Peter blijkt zo’n beetje alle touwtjes rond de Bermudaanse kant van de America’s Cup in handen te hebben. De knoop hakten we een paar weken geleden door.

En nu sta ik Wietze’s hand vast te houden. Muziek dendert over ons heen, opgewekt gekwek rondom. Vóór ons staat de America’s Cup in al z’n zilverheid te fonkelen. Daarachter de raceboot van Team Oracle USA die vandaag onthuld wordt. Wat een grimmige glinstering in de rompen. De matte plekken die je ziet, zijn eigenlijk nog interessanter. Daarachter zitten de geheimen die elk team heeft. Er is veel standaard aan deze boten, maar met de belangrijke dingen kunnen ze eigen ontwikkelingen doorvoeren. Veel zwart tape op de cruciale plekken. Wietze glimlacht en knijpt in m’n hand. “Ik ga nog even wat foto’s maken” meldt hij. Natuurlijk. We gaan hier een mooi verhaal van maken voor Zeilen. Net voor de onthulling hebben we met Jimmy Spithill gesproken die bijna verliefd naar ‘zijn’ boot kijkt. Peter tikt op mijn schouder. “Russell heeft nu even tijd”.  Ik ruk m’n kleine opschrijfboekje uit m’n zak en loop mee. Russell Coutts blijkt een hele leuke man te zijn die enorm bevlogen over de toekomst van de Cup kan vertellen.

En dat blijkt de dagen erna voor meer van deze zeilende supersterren te gelden. Van de zes teams hebben er vier inmiddels hun basis ingericht op Bermuda: USA, Japan, Zweden en Engeland. We mogen overal op bezoek komen en onze vragen afvuren. Nathan Outteridge (Artemis) ratelt enthousiast over de complexiteit van deze boten. “Dit is een sport voor jonge mensen” stelt hij gnuivend. Ja, met net je dertigste verjaardag achter de rug zou ik dat ook zeggen. Met Jonathan, één van de ingenieurs van Artemis, praten we over de race tegen de klok om alle innovaties door te voeren.

Er was één afspraak waar ik erg naar uitkeek. Dean Barker vind ik echt de meest karakteristieke van alle schippers in de America’s Cup. Hij vaart voor Softbank Japan. Die hebben met 25 containers een wonderbaarlijk leuke teambasis in elkaar gezet. We zitten in een hypermoderne bank te wachten. Dean staat ineens achter ons. “Hi guys! How are you?” Ik had nog nooit foto’s van hem gezien zonder zonnebril en ben dus even stil als ik hem aankijk. De blauwste ogen die ik ooit gezien heb. En van de soort die staal kan snijden. We zitten en half uurtje te praten. Hij blijkt een zwak voor Nederland te hebben. Volgt Pieter Heerema in de Vendee Globe. “Ja, ik heb nog wel eens tegen hem gezeild”. We vallen van de ene verbazing in de andere. “Vind jij het een jonge mensen sport op deze boten?” vraag ik nieuwgierig. “Ik hoop van niet” schatert Dean, die inmiddels de veertig ruim voorbij is. Al zou je dat niet zeggen. Als de koffie en de vragen op zijn, lopen we naar buiten. “Willen jullie de boot zien?” vraagt hij soepeltjes. Ademloos knikken we. “Camera wel opbergen” wijst hij naar Wietze. En even later staan we in de hal naast de boot. Open en bloot zien we eindeloze hoeveelheden knopjes, kleuren en hydrauliekleidingen. De foils liggen op speciale rekken ernaast. Ze zijn enorm. Dean vertelt en wijst. Wietze is het eerst van zijn verbazing bekomen en vraagt hem de oren van het hoofd. Uiteindelijk wordt Dean weggeroepen en staan wij tollend van enthousiasme buiten.

De wind giert de hele week over het eiland. Op woensdag is het wat rustiger. We weten inmiddels dat ze elke zeildag meteen benutten. Dus hup, wij ook het water op met Peters snelle sportboot. We zien de Britten rondsjezen en de Zweden komen ook griezelig snel dichterbij. Een volgboot schiet er volgas achteraan. Wat een geweld! De Oracle-boot ligt in het water met wing en al. Maar er wordt niet gezeild vandaag, nog te veel technische dingen te doen. Aan de gezichten van de zeilers kun je zien dat die beslissing niet goed gevallen is.

De eerste beelden van de Nieuw-Zeelandse fietsboot zijn natuurlijk uitgebreid rondgegaan. We bevragen links en rechts mensen over deze innovatie. De meningen zijn verdeeld. Wietze zit te broeden, dat zie ik. De laatste ochtend op het eiland zegt hij bij het ontbijt tegen Peter: “Raar eigenlijk dat ze alleen maar kiezen tussen fietsen of met de armen draaien? Als ze met hun benen een heen-en-weer beweging maken, is dat toch veel efficiënter?” Hij schetst op een servetje zijn idee. “Kijk, er is minder luchtweerstand als ze dieper in de boot zitten en ze kunnen meer druk opbouwen. Ze kunnen sneller in- en uitstappen en ze hebben hun handen vrij voor de bediening” legt Wietze uit. Peter kijkt hem aan, lacht en grijpt zijn telefoon. “Zeg, moet je horen. Ik heb hier iemand met een goed idee. Je moet naar hem luisteren”.  Tot onze starre verbazing horen we dat we over twee uur verwacht worden bij één van de teams. Wie, dat moeten we voor ons houden. En ja, hoor: twee uur later zitten we met twee ontwerpers aan tafel. Of liever: Wietze en één van de ontwerpers zitten op de vloer terwijl nummer twee er met een meetlint omheen loopt om te zien of het wel past. Uiteindelijk geeft hij het op en lopen we weer zo’n hal binnen. Voor we het weten, zit Wietze met de ontwerper op de plek waar normaal de breedgeschouderde grinders staan. Er wordt druk gepast, gemeten, gewikt en gewogen. De mannen zijn enthousiast over het idee. Blocknotes komen erbij, schetsjes staan snel op papier. Ik hou mijn adem in en probeer het niet uit te schreeuwen van verbazing. Wietze zit in een America’s Cup boot mee te denken over de aandrijving! Hoe bizar is dat? “Zeg, of we er deze Cup mee aan de slag gaan, weet ik niet. Maar voor de volgende Cup gaan we er zeker naar kijken” zegt de oudste ontwerper. Ik kijk Wietze aan en realiseer me dat gelukkige techneuten het allerleukst zijn om naar te kijken.

Royal Naval Dockyard, Bermuda, februari 2017

Noot van de redactie: het artikel is de vinden in Zeilen 4.

Tags: , Last modified: 17 maart 2021
Sluiten