Bestemmingen

Natuurlijk Nieuwpoort

Vaarwijzer Belgische kust deel IV

17:17

Zo ver zuidelijk kwam Zoef nog nooit. Zoals alle Vlaamse kuststeden herkennen we ook Nieuwpoort aan een lelijke rij flats van zo’n tien etages hoog. Toch is deze kustplaats anders: het is de enige natuurlijke riviermonding aan de Belgische Noordzeekust. Om de IJzer werd tijdens verschillende oorlogen fel gevochten en het slikkengebied bij de monding fungeert tegenwoordig als rustplaats voor een legioen zeehonden.

Dit artikel is eerder gepubliceerd in Zeilen editie 03/2022
Tekst: Joris Westerveld

Het is 5.00 uur ’s ochtends en ik voel me katterig. Zoef beukt al een paar uur tegen de golven in. Groot zijn ze niet, maar Zoef is zelf ook geen reus. Bovendien is het pikkedonker – de bewolkte lucht laat geen maanlicht door, maar weerkaatst alleen wat strooilicht van het vaste land – waardoor de golven zonder waarschuwing arriveren en de boot door elkaar schudden. Plezant is het niet, maar het is te doen. We varen dwars over de Stroombank, met enkele honderden meters van ons vandaan een met meeuwen omringde vissersboot. Er staat een windje van zo’n 15 knopen en de stroom komt uit dezelfde richting. Maar bij meer wind, of bij een wind- tegen-stroomsituatie, zou deze tocht nog hobbeliger zijn. Dan is het niet aan te raden om over de ondiepe banken te varen, zoals bij de oostelijke uitloper van de Stroombank bij Oostende, waar bij slecht weer grondzeeën ontstaan.

Lees ook deel I, deel II en deel III van de Vaarwijzer Belgische kust

Aanloop bij zwaar weer

Na de Stroombank varen wij door de Kleine Rede, maar met minder weer (of een diepstekend jacht) kun je beter een andere route kiezen. De diepste route loopt boven de Nieuwpoortbank en via het Westdiep naar Nieuwpoort. Kom je vanuit het oosten, dan is het ook mogelijk om tussen de Nieuwpoortbank en de Stroombank te piepen, maar tussen deze banken is de kaartdiepte 3,6 meter bij LAT. Of het verstandig is om deze route te nemen, of toch de diepe route, is afhankelijk van je schip, de waterstand en de zeegang. Komend vanuit Duinkerken is de rustigste route door de Zuydcoote Pas (in Franse wateren) en het Westdiep, maar dan moet het niet uit het noordoosten waaien: de Pas is te smal om te kruisen. Deze route is in gevaar door de aanleg van een zeeboerderij in het Westdiep.
Baggeraars houden de havengeul 2,5 meter diep bij laagwater. Bij wind uit noordwest tot noordoost van windkracht 7 of harder kunnen bij de haveningang brekers staan. In dat geval is het verstandiger om, afhankelijk van de windrichting, uit te wijken naar Duinkerken of Oostende. Duinkerken wordt beschut door de banken voor de kust en Oostende heeft een bredere en diepere haveningang dan Nieuwpoort. Moet je écht naar binnen? Zorg dat je dan vaart houdt en met zeil omhoog binnenloopt, zodat je niet dwars op de golven komt te liggen – een zeilboot manoeuvreert immers beter met druk op de zeilen dan alleen op de motor.

Een zeehond komt even een kijkje nemen.

Aanloop in het donker

De havengeul van Nieuwpoort is niet voorzien van een lichtenlijn, dus begin de aanloop op flinke afstand, zodat je tijd hebt om je te oriënteren en aan de zeegang en het stroomverzet kunt wennen. Aan de westkant van de haveningang is het ondieper dus het is sowieso een goed idee om niet af te snijden. Vaste rode en groene lichten markeren de haveningang van zo’n 150 meter breed.

Het is 6.00 uur ’s ochtends als we voor de havenmonding varen. Eigenlijk is dat te vroeg – werkers zijn ’s nachts bezig met de bouw van een stormvloedkering (zie kader). Een setje helverlichte werkschepen komt naar buiten en het blijft stil. Voorzichtig naderen we de havenmonding, die op de plek van de toekomstige stormvloedkering nog maar 50 meter breed is. We kijken nog eens goed, maar zien geen beweging. We zien iemand achter de hendels van een van de kranen en zwaaien, maar de machinist lijkt te slapen. We informeren op marifoonkanaal 9, maar ook daar blijft het oorverdovend stil – we gaan naar binnen.

Werkzaam­ heden aan de stormvloed­kering.

Clubcultuur

In het donker knopen we Zoef vast aan de passantensteiger
van de Koninklijke Yacht Club Nieuwpoort (KYCN). Dit is een van de drie jachtclubs in de badplaats: aan de andere oever ligt de Vlaamse Yachthaven Nieuwpoort (VYN), die met met duizend ligplaatsen de grootste van Noord-Europa is.
In dezelfde havenkom ligt de Watersportkring van de Luchtmacht Nieuwpoort (WSKLuM).

Na een hazenslaapje en een croissantje van de bakker spreken we Isabelle Crismer van de KYCN. “We organiseren veel wedstrijden en clubevenementen. Anders ben je maar een jachthaven, geen club!” Iedereen die we in de havens aan de Belgische kust spraken, is een soortelijke mening toegedaan: zeilen betekent hier meer dan alleen het hebben van een boot. De evenementen, zeilwedstrijden, restaurants en sociale structuren die je hier bij jachthavens aantreft, kenmerken de clubcultuur in België. Ook de negenhonderd leden van de jachtclub in Oostende – van wie er slechts honderd een boot bezitten – illustreren dat. In Nederland zijn ook fanatieke verenigingen te vinden, maar zo alomtegenwoordig als in België zijn die niet.

Botenkraan van Ship Support.

Cowboys van Nieuwpoort

Ook de reddingsdiensten zijn anders geregeld dan we in Nederland gewend zijn. In Nederland kun je altijd rekenen op de KNRM, aangevuld met particuliere redders. Als je aan de Belgische kust in de problemen komt, is de kans veel groter dat je door een particuliere dienst gered wordt. Je noodoproep wordt in Oostende ontvangen, waar het Maritiem Reddings- en Coördinatiecentrum (MRCC) gevestigd is. Ongevallen oostelijk van Oostende zijn voor de Vrijwillige Blankenbergse Zeereddingsdienst (VBZR); kom je ten westen van Oostende in de problemen, dan komt Ship Support uit Nieuwpoort helpen.

We gaan een stukje stroomopwaarts om een kijkje te nemen bij Ship Support, waar redder Daan Harnisfegerons ontvangt. Harnisfeger: “Het idee om een bergingsbedrijf te beginnen ontstond in 1998, toen ik bij rederij Noordgat op Terschelling was. Een jaar later kochten we onze eerste rib: Brandaris, naar de vuurtoren op Terschelling. Bij Ship Support repareren we motoren en jachten, en we hebben een las- en draaiatelier. Overdag zijn er altijd mensen op de werf; als we een melding krijgen springen we aan boord en zijn we binnen enkele minuten onderweg.

Harnisfeger en zijn compagnons zijn een soort cowboys van de zee: ze doen alles zelf en zijn op alles voorbereid. Ship Support redt en repareert niet alleen, het bedrijf voert ook bergingsoperaties uit. Harnisfeger laat ons een zelfgemaakt apparaat zien waarmee je handmatig een gat in een scheepsromp kunt maken: “Met een luchtpomp kunnen we ervoor zorgen dat een gekapseisd schip langer blijft drijven. Zo kun je tijd rekken tot de kraan arriveert. En als er bemanning is opgesloten, is er meer tijd om die te redden.”

Redder Daan Harnisfeger laat het apparaat zien waarmee hij in een omgeslagen schip een gat kan maken.

Brandaris van Ship Support is een begrip in de regio.

Herbouwd

Tijd om eens de stad te verkennen. Nieuwpoort bestaat uit twee delen: Nieuwpoort-Bad ontstond in de 19de eeuw als badplaats voor welgestelden. De geschiedenis van Nieuwpoort-Stad gaat veel verder terug; al in de 12de eeuw werd deze erkend als stad. Keer op keer werden delen van de stad verwoest door oorlogsgeweld. In de middeleeuwen kwamen Bruggenaren, Gentenaren en Fransen om te vechten en te plunderen; in het jaar 1600 werd de stad het strijdtoneel tussen de Republiek der Nederlanden en de Spanjaarden. Onder leiding van Maurits van Oranje versloegen de Nederlanders hier de Spaanse troepen. Veel heeft het niet opgeleverd: Duinkerken, het doel van de gevechten, werd niet ingenomen, en uiteindelijk duurde de Tachtigjarige Oorlog nog een halve eeuw.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog wist het Belgische leger de Duitse opmars een halt toe te roepen door de IJzervlakte rond Nieuwpoort te inunderen (zie kader). Deze linie werd de hele oorlog gehandhaafd, waardoor een klein stukje Belgisch grondgebied soeverein bleef.
Koning Albert I verbleef er de hele oorlog, in de buurt van zijn manschappen in de loopgraven. In Nieuwpoort kun je het Koning Albert I-monument bezoeken, waar een permanente tentoonstelling over de inundatie en het westfront te vinden is. In het centrum van Nieuwpoort valt het oorlogsverleden van de stad juist op door gebrek aan bewijs: het oude stadscentrum is na de verwoestende oorlog steen voor steen herbouwd.

De IJzer, met in de verte het centrum van Nieuwpoort­Stad.

Zeldzame natuur

Veel te snel is het alweer tijd om Nieuwpoort te verlaten. We duwen Zoef af en laten ons meevoeren op de milde stroom van de IJzer: er wordt gespuid. Het weer is nu rustig, maar met een harde noordwester kan dit een onstuimige zee opleveren bij de havenmonding. Om ons heen duiken de kopjes van zeehonden op. Op de modderige oevers zien we ze genieten van de najaarszon. Wat is dit stukje natuur een welkome afwisseling op de volgebouwde kust die na onze tocht op ons netvlies gebrand staat. Ik hoop dat de Belgische overheid er zuinig op is. Stedelijke ontwikkeling is mooi, maar natuur is nog mooier.
We passeren zoemende kranen en beukende heipalen bij de stormvloedkering in wording. Bij de haveningang komt een bootje van het leger langszij. De bemanning laat ons weten dat er een schietoefening gaande is in de tweemijlszone voor de kust (zie overzichtskaart). We houden netjes een noordwestelijke koers aan voordat we parallel aan de kust gaan varen. Andere zeilboten proberen al vroeger te wenden en worden terechtgewezen. Gelukkig maar, want er vliegen échte granaten rond! Nadat we de sector achter ons hebben gelaten, zien we een gigantische waterfontein van ontploffende munitie. Op de website Mil.be is te vinden wanneer er oefeningen zijn.

De schiet­oefeningen zijn aan de gang.

Terug naar huis

Met een bakstagwindje in de spi razen we langs de volgebouwde kustlijn. Dat rotte gebit van beton is voor de één onmiskenbaar falend natuur- en bouwbeleid, voor de ander een teken van thuis, of juist van het eindelijk varen in buitenlandse wateren. Zoef gaat als de brandweer; we surfen op de golven en tikken met ons logge bootje af en toe 10 knopen aan. De glimlach van collega Erik is er een voor in de boeken.
Tussen Oostende en Blankenberge neemt de wind toe; Zoef loopt uit haar roer en we besluiten de spi weg te halen. We varen weer langs de megalomane havenmuren van Zeebrugge. In de verte zien we de Sardijntoren al boven Vlissingen uittorenen. We zeilen het Belgische water uit, onze tocht langs de Belgische kust zit erop. Zo ver zuidelijk kwam Zoef nog nooit.

De jachthavens in Nieuwpoort, met rechtsonder de KYCN.

Stormvloedkering

Om Nieuwpoort en het achterland te beschermen tegen zware stormen komt er een stormvloedkering in de IJzermonding. De bouw ging in 2018 van start en zou tot 2021 duren, maar onlangs werd bekend dat daar nog vier jaar bij komt. Het oorspronkelijke plan hield geen rekening met de gevaarlijke stroomsnelheid die de vernauwing van de havengeul met zich meebrengt, waardoor er omloopriolen moeten worden aangelegd. Redder Daan Harnisfeger van Ship Support is niet te spreken over de kering: “Tijdens een storm gaat de deur dicht – hoe komen wij dan bij een schip in nood? De gemeente heeft een steiger voorgesteld vóór de kering, maar daar kun je niet liggen als het noodweer is. Daarbij komt: als je Nieuwpoort wilt aanlopen en de kering is dicht, dan zit je als een rat in de val. Het is wachten tot het fout gaat.”
Tijdens de bouw is de haven van Nieuwpoort op gezette tijden minder toegankelijk. Kijk daarom op Stormvloedkering.be tijdens het plannen van je tocht. De werk­ schepen luisteren uit op marifoonkanaal 9.

Nieuwpoort verses zeeboerderij

Supermarktketen Colruyt Group is in het Westdiep bezig met de aanleg van een zeeboerderij, waar de keten oesters, mosselen, en op termijn zeewier wil gaan kweken. Het Westdiep is echter een belangrijke vaarroute van en naar Duinkerken en tevens goede visgrond. Daarom zijn de jachtclubs, vissers en de burgemeester van Nieuwpoort niet te spreken over de boerderij. De gemeente spande in januari een kortgeding aan tegen de plannen van de Colruyt Group, maar bij het ter perse gaan van dit nummer was er nog geen uitspraak van de Raad van State.

Ganzepoot en de inundatie van de ijzervlakte

Het sluizencomplex van Nieuwpoort staat bekend als de Ganzepoot. De naam verwijst naar de opmerkelijke rang­ schikking van het complex. Deze plek speelde een cruciale rol tijdens de Eerste Wereldoorlog. In oktober 1914 zorgde het openen van de sluizen voor de onderwaterzetting van de IJzervlakte. Daarmee kwam een einde aan de opmars van de Duitse troepen. Met behulp van de sluizen bleef de IJzervlakte de hele oorlog onder water staan, en konden de Belgen een klein stukje grondgebied behouden.

Omslagfoto en foto’s: Klaas Wiersma en Joris Westerveld
Tekst: Joris Westerveld

 

Tags: , Last modified: 8 juli 2024
Sluiten