Reisverhalen

Column Anna: Tsunami

12:07

Vorige week woensdag stapte ik met een volle zak wasgoed onze kuiptent uit. Tot mijn verrassing lag ik een tel later in het gangboord, omgeven door ontsnapte was. IJs. We hebben hier verdorie in het voorjaar ineens nachtvorst! Ik raap de was bij elkaar en glibber de steiger op. Daar ook fraaie witte plekken, mooi beschenen door de ochtendzon. Grinnikend loop ik een rijmpje te maken in de trant van ‘morgenrood, water in de sloot’. Ik kom er niet uit. Als ik even later bij het ontbijt Wietze over mijn snoekduik vertel, begint hij ook mee te rijmen.

De dag verloopt rustig met klussen en ander gezelligs. Ik bak empanadas, doe wat administratie en zit even op het dek van het lentezonnetje te genieten. Het rijmpje blijft een soort rode draad door onze dag: ‘ ’s Ochtends ijs op het dek… ‘ Maar de echte klapper vinden we niet. We hebben er wel veel lol om. ’s Avonds kijken we naar het Nederlandse nieuws op de laptop. Ineens begint de telefoon die naast Wietze ligt een geluid te maken dat we nog nooit eerder gehoord hebben. Alsof we water zien branden zitten we er allebei naar te staren. En dan dringt tot me door wat op het scherm staat. Tsunami alarm. Wat? Hier? Klopt dit? We kijken elkaar een tel verbijsterd aan.

Wietze duikt het internet op, ik ga op de steiger informatie zoeken. Er zijn vier bewoonde boten. Eerst spreek ik Andy van de Ithaka. Deze Canadese Amerikaan heeft naar eigen zeggen ‘the planets best website on earthquakes and tsunamis’ en hij weet te melden dat er een muur van water onze kant op komt. Oei. Zwitsers Jean-Claude en Francoise van de Suditude zijn net aan het koken en wisten van niets. Paula en Chris van de Morgane hebben een Chileen op bezoek. Die raadt aan om naar 99,9 FM te luisteren. Paula zit al met haar oor aan de radio en meldt een zware aardbeving ten noorden van Valparaiso en een zwaar tsunamirisico. Christian, de Chileen, maakt wat bromgeluiden en zegt: “als de politie met sirenes langskomt, moet je je zorgen gaan maken”. En hij neemt een slokje van zijn thee.

Met een denkrimpel stap ik aan boord. Wietze heeft inmiddels een batterij websites gevonden. De Chileense Armada heeft goede informatie. We zien dat er rekenmodellen gebruikt worden, waarmee de voortgang en hoogte van de vloedgolf berekend wordt. Wij kunnen hier toch ruim een meter verwachten. Om 21.39. Dat is over een klein uur! We kijken elkaar aan en zonder iets uit te spreken, gaan we aan de slag. Portemonnees, geldvoorraadje, paspoorten, bootpapieren, telefoons, opladers, backupschijf. Ik leg de zeiljassen en mutsen klaar. Dan horen we buiten de sirenes krijsend voorbij razen. Ai. Om 21.15 sluiten we de laptop af en stoppen die ook in de rugzak. Jassen en kaplaarzen aan, mutsen op en daar gaan we dan. Het is laagwater, dus we hoeven eigenlijk alleen maar het talud van het haventerrein een stukje op te lopen om veilig te zijn. Ik merk dat ik totaal geen emotie voel. Rustig praten we over wat er kan gebeuren als de golf toch hoger is. Wat als de lijnen breken en onze Anna Caroline op drift gaat? We concluderen dat ze dan op andere boten kan klappen of weg kan drijven naar het moerasgebied verderop. Schade, maar de kans dat we haar verliezen is niet groot. Ik merk bij mezelf dat we steeds onthechter raken van het bezit van spullen. Met wat we nu bij ons hebben, kunnen we ons in geval van nood redden, stel ik nuchter vast. Het enige dat ik vergeten ben is eten en drinken meenemen.

Dan vaart de Armada met een bootje de haven binnen. Die zagen natuurlijk licht op de jachten. Zij verwachten dat er een meter verhoging komt, geen golf. Binnen nu en een kwartier. “Het lijkt verdorie net oud en nieuw” zegt Wietze. “Je staat met z’n allen op iets te wachten in de kou”. Ik kijk om me heen. Chris, Paula en Christian staan op de steiger. Tas met noodspullen staat nog op het dek. De rest is met de auto vertrokken, zonder iets te zeggen. Gôh. Een whatsappje naar een zeilvriend in Valparaiso leert dat ze het daar slecht hebben. Hij heeft zijn huis vol evacués zitten, de golven zijn nog niet al te hoog. Maar de angst zit er goed in vanwege de naschokken. Er komt een berichtje uit het zuiden, Puerto Williams. “Hier is het tsunami alarm weer ingetrokken” melden Finse vrienden. “Hoe is het bij jullie?”.

En er gebeurt niets. Geen golf, geen watervloed. Niks. We wachten een half uur en gaan dan maar weer aan boord. Meteen de laptop weer aan. Het nieuws uit het midden van Chili is erg. Een aardbeving van 8.3 op de schaal van Richter. Golven van 4,5 meter daar vlak in de buurt. Schade nog niet bekend, omdat het donker is. Een onbekend aantal doden. Elektriciteit in grote gebieden uitgevallen. Nu zijn de Chilenen veel gewend op het gebied van aardbevingen, maar dit is een grote waar iedereen van onder de indruk is. Afschuwelijk voor al die mensen die hun huis verloren hebben of grote schade moeten repareren. Als we al het beschikbare nieuws bekeken hebben, eten we de overgebleven empanadas op. Ik begin te trillen als een rietje en heb het ineens heel erg koud. Wietze slaat zijn armen om me heen; ik merk dat het hem toch ook meer aangrijpt dan een uur geleden. We sturen berichtjes naar familie en vrienden om te melden dat we veilig zijn.

Als we een half uur later in bed liggen, breekt Wietze de spanning met een brede lach. “Ik heb hem! ’s Ochtends ijs op het dek, sta je ’s avonds op een andere plek”. Grinnikend kruip ik tegen hem aan.

Valdivia, Chili, september 2015

Lees hier meer zeilcolumns van Wietze van der Laan en Janneke Kuysters

Tags: , Last modified: 17 maart 2021
Sluiten