Reisverhalen

Column Anna: schaken op drie borden tegelijk

08:00

Column Anna
De dieselboot komt langszij
Column Anna

We gebruiken de stortbuien om de watertanks te vullen

“Vroeger was het zo gemakkelijk” mopper ik tegen Wietze. Die lacht: “vroeger? Vier maanden geleden bedoel je”. Klopt, het lijkt veel langer geleden dat je gewoon naar een volgend land zeilde. De voorbereiding was inmiddels redelijk standaard geworden: na zeven jaar zeilen weten we zo’n beetje hoe het voor ons optimaal werkt. Als we op basis van het weer en onze route ons ‘landenlijstje’ gemaakt hebben, volgt het uitzoekwerk rond visa, tijdelijke import van de boot, al dan niet inhuren van een agent: dat is de tweede stap.  Dan gaan we kijken hoe we er, gegeven het weer en de andere navigatorische aspecten, het makkelijkst kunnen komen. Als dat ook allemaal haalbare kaart lijkt, gaan we wat dieper graven. Kunnen we daar aan eten, water, diesel en eventuele onderdelen komen? Wat moeten we sowieso bij ons hebben? En, wat ik het allerleukste vind: wat is er te zien, kunnen we daar een beetje makkelijk komen en elke prioriteiten geven we aan de bezienswaardigheden?

En dan ga je gewoon. Je stuurt het papierwerk van tevoren in als het moet en onderweg lezen we heerlijk in reisgidsen over het land waar we heen gaan. De cultuur, de historie en de taal. Onderweg wat basiswoordjes stampen hoort erbij. De reisgids zit tegen de tijd dat we aankomen vol met gekleurde plakkertjes.

Naïef

Column Anna

De drukke ankerplek in Hulhulmale met Malé op de achtergrond

Toen we in maart in het noorden van de Malediven aankwamen, was alles rond de quarantaine nieuw en spannend. Wat waren we naïef. Na een paar weken was het nieuwtje er wel vanaf en drong de werkelijkheid tot ons door: dit gaat heel lang duren. En wat dan? Waar kunnen we heen? We dachten vrolijk om Zuid-Afrika heen naar huis te kunnen varen. Kan dat nog? M’n hoofd loopt om van alle varianten en onzekerheden die er zijn. “Kom op, we gaan dit organiseren” zei Wietze op een ochtend na het ontbijt. We pakten de laptop en gingen lijsten maken en onderzoek doen. Welke routes zijn er naar Zuid-Afrika? Welke landen liggen aan die routes? Wietze gaat uitzoeken of het haalbaar is met het weer en welke afstanden we moeten zeilen per route. “Ga jij uitzoeken hoeveel besmettingen er zijn, of er aan eten te komen is, hoe het met de medische zorg gesteld is. Dat soort dingen” zegt Wietze. De laptop snort er op los en de MB’s vliegen erdoor.

“Wereldzeilen in een pandemie lijkt meer op schaken op drie borden tegelijk” zucht ik. Wietze knikt. Vanuit de Malediven zijn er twee routes: via Mauritius of La Réunion en dan onder Madagaskar door naar Zuid Afrika. De andere route gaat via de Seychellen, Madagaskar of Tanzania naar Zuid Afrika. De zuidelijke route is zeiltechnisch het lastigst: terug de zuidelijke Indische Oceaan in met het risico op forse depressies. Zo’n 2200 mijl met een aandewindse of halvewindse koers. Van La Réunion naar Zuid-Afrika is ook geen gemakkelijk traject; je pakt daarin sowieso een zwaar front. Wietze knalt een stapel boeken op tafel: “Kijk, die boten hebben het allemaal ook gedaan: Thalassa II, White Haze, Blauwe Pinquin, Callista. En die hadden drie kleine kinderen” zegt hij. Klopt. Dus het kan en is haalbaar. De route naar de Seychellen is makkelijker. Van de Seychellen naar Madagaskar is echter zo’n 800 mijl tegen een harde wind in. Maar daarna wordt het beter in de beschutting van het Mozambique kanaal. Seychellen geeft ook altijd nog de optie om naar de Rode Zee te gaan. Maar daar willen we nog even niet over nadenken.

Column Anna

Onze opties. Plan A, B en C

Likkebaardend blader ik door de boeken. “Schitterend, dat Mauritius en La Réunion” mompel ik. “En dit is een reisgids van de Seychellen” grijnst Wietze en legt er weer een boek naast. “Ook mooi” grijns ik terug. Maar het toeristische deel gaat helemaal naar de achtergrond. “Het gaat niet meer over leuk rondvaren. Het gaat erom dat we van punt naar punt komen en daar veilig kunnen wachten om naar het volgende punt te varen” zeg ik met een zucht.

Nederland wereldwijd

“Weet je, ik kan zo moeilijk echt goede informatie krijgen over de situatie voor jachten” mopper ik nadat ik de zoveelste overheidswebsite afgestruind heb. Dan zie ik een mailtje binnenkomen van de ambassade in Colombo, Sri Lanka. De Malediven worden door deze ambassade ook ‘gedaan’. Al meteen na aankomst hadden we ons geregistreerd omdat dit toch wel het soort crisis is waarin je wilt dat de ambassade weet dat je er bent. “Er is een repatriëringsvlucht. Hier vindt u alle informatie” lees ik. Ik stuur een mailtje terug en bedank vriendelijk voor de informatie, maar leg ook uit dat we niet terug willen en kunnen vanwege de boot. Meteen krijgen we antwoord; het begin van een heel leuk contact met het team van de ambassade. Wekelijks mailen we even met elkaar om te vertellen hoe het gaat.

En dan valt natuurlijk de munt: we hebben snel toegang tot specifieke informatie via de ambassades. Of liever: via de honorair consuls. Landen als Mauritius, Seychellen en Madagaskar hebben geen Nederlandse ambassade, maar wel een honorair consul. La Réunion is een overzees gebiedsdeel van Frankrijk en ook daar is Nederland vertegenwoordigd. In twintig minuten heb ik via de website Nederland Wereldwijd alle contactgegevens te pakken en vliegen de mails de deur uit. En de respons is hartverwarmend. “We zijn gesloten, maar hier heb je de informatie” zegt Ben Payen in Mauritius. “Gesloten, maar ik kan jullie helpen om een brief te maken voor de Préfecture. Wellicht lukt het daarmee om binnen te komen” zegt Margot van der Donk in La Réunion. “Gesloten, maar ik hou het voor jullie in de gaten” zegt Mireille Bersia in Madagaskar. “Gesloten, maar mogelijk per 1 juni onder voorwaarden open voor jachten” zegt Irina Udwadia in de Seychellen. We zijn ons er goed van bewust dat honorair consuls dit als vrijwilligerswerk doen en in deze tijd natuurlijk totaal overlopen worden door allerlei mensen die hulp nodig hebben.

Column Anna

Ambassadeur Tanja Gonggrijp

De ambassade in Colombo nodigt ons uit voor een video-Koningsdagborrel. Het is leuk om het hele team nu ook te kunnen zien. Zij op hun beurt verbazen zich over die twee mafkezen die daar ‘in the middle of nowhere’ zitten en een grote Nederlandse vlag mét wimpel gehesen hebben. “Laat het weten als we wat kunnen doen” zegt ambassadeur Tanja Gonggrijp. “We redden ons wel” zeggen we dapper.

Rode knop

Een maand later zijn we totaal afgestompt van het rondhangen op die ankerplek, het verschrikkelijk slechte weer, het gebrek aan eten en de uitzichtloosheid. Na weer zo’n storm bellen we Tanja. “We drukken nú op de rode knop” knarsetanden we. “Nu pas” is de nuchtere reactie. De diplomatieke druk wordt opgevoerd, we kunnen naar de hoofdstad en er wordt hard getrokken en geduwd om ons de enige jachthaven van het land in te krijgen. Op de dag dat het eindelijk lukt om daar toestemming voor te krijgen, krijgen we nog veel beter nieuws: zowel voor La Réunion als voor Seychellen hebben we toestemming om te komen! We kunnen ons geluk niet op. Weer komen beide routekaartjes op tafel. We gaan voor de Seychellen, omdat het weer op de zuidelijke route inmiddels te winters geworden is.

Irina stuurt een enthousiaste mail terug: “We kijken uit naar jullie komst!”. Tanja heeft haar collega in Nairobi inmiddels geïnformeerd dat we eraan komen. De ambassade in Nairobi ‘doet’ de Seychellen immers ook. “Wat een fantastische mensen” zucht ik tegen Wietze. Die knikt. “We zijn er nog lang niet, er is nog veel dicht” zegt hij nuchter. “Maar we weten dat we hulp kunnen krijgen” zeg ik dankbaar. “Zeker” grijnst hij, “Nederland Wereldwijd”.

Hulhumale, Malediven, juli 2020

 

 

 

Bekijk HIER de vorige columns

Tags: , Last modified: 17 maart 2021
Sluiten