Reisverhalen

Column Anna: Klasse, maar niet klassiek

07:46

Stilletjes sta ik op het dek van de Oriole. De Canadese vlag wappert boven mijn hoofd, trots boven dit prachtige oude zeilende marinetrainingsschip. Ze doet een beetje denken aan de oude Urania. De zon brandt op mijn bolletje. Een lief windje strijkt langs mijn gezicht. Even genieten van de rust en de schoonheid van alles om me heen. Lang duurt de rust niet, want naast me barst een groepje mensen in schaterlachen uit. De Oriole moet herankeren en het anker wordt met een handmatig bediende lier opgehaald. De vaste bemanning van vier officieren moet een volstrekt onervaren clubje trainees zover zien te krijgen dat het anker omhoog komt. Eentje roept verontwaardigd: “dat kan ik niet, ik ben vegetariër”. Het lachsalvo van de gasten leert hem dat hij gewoon aan die lier gaat draaien. Want de gasten aan boord zijn over het algemeen ‘old salts’. Ik grijns en knipoog naar Wietze. Wat we nu weer allemaal mogen meemaken!

SAMSUNG CSCEen paar weken geleden voeren we Desolation Sound binnen. Een prachtig zeilgebied dat platgevaren wordt door Canadezen en Amerikanen. Goed bereikbaar in een vakantie voor watersporters uit de omliggende grote steden. Mooi vaarwater, honderden mooie ankerplekken en haventjes. Als wij hier zouden wonen, waren we er niet weg te slaan. Wat ons opviel, was dat we heel veel mooie oude boten zagen varen. Staal, maar vooral van hout. Schitterend gerestaureerd en liefdevol onderhouden. Van kleine sloepjes tot enorme driemasters. Een stuk verder naar het zuiden lagen we in een haventje waar het stikte van de mooie oude zeiljachten. We raken aan de praat en leerden dat er in zo’n relatief jong land een lange traditie is van het bouwen in hout. “Er is genoeg” grijnsde een schipper. Houtbouw en traditionele lijnen van een jacht worden op prijs gesteld. De een steekt de ander aan en zo heb je hier een enorme vloot van allerlei prachtige schepen. Die organiseren allerlei evenementen aan het einde van de zomer. Het hele veld trekt van de ene bootshow naar de andere. Leuk voor de toeristen, leuk voor henzelf.

“Jullie moeten ook meedoen!” werd er na één blik op onze boot geroepen. Telefoons kwamen tevoorschijn en ondanks onze protesten lag er een paar dagen later een uitnodiging voor deelname aan het Classic Boat Festival in Victoria in onze inbox. We stuurden een foto van onze Anna Caroline terug met de mededeling: “classy, but not a classic”. Maar de organisatie hield voet bij stuk: we waren welkom. In de weken erna voeren we naar het zuiden en legden de boot aan in Oak Bay, een chique buitenwijk van Victoria. Fietsen uitgeklapt en via een prachtige kustweg naar ‘downtown Victoria’. Je waant je in een oude Engelse stad, compleet met bloemenmanden die aan elke lantarenpaal hangen. We genieten van het prachtige BC-museum, van een rondleiding in de overheidsgebouwen en van de gezelligheid rond de haven. De middag voor het festival ligt er weer een mailtje in de inbox: of we toch echt wel komen? We zijn vlakbij de haven als we het bericht zien. De eerste fraaie boten liggen al in de stadshaven, dus we lopen naar de organisatietent. Verheugd worden we opgevangen en naar organisator John West gedirigeerd. “Biertje?” als we handen geschud hebben. We zitten in de gezellige kajuit van zijn boot en betogen nog maar een keer dat we het een heel leuk festival vinden, maar dat we niet mee gaan doen. Hij legt zich er bij neer. “OK, zonder boot dan. Maar jullie doen toch wel met alles mee?” Verbaasd laten we het ons aanleunen. Met een vers biertje erbij praten we met John over het hoe en waarom van het festival. “Kijk om je heen” zegt hij. “De boten zijn oud, maar de eigenaren zijn dat ook. We willen jonge mensen enthousiast maken om ook op een klassiek schip te gaan varen. Daarom rekken we de regels wat op: hout, staal, zelfs de eerste polyester schepen. Alles is welkom, we willen dit erfgoed in de vaart houden”.

De volgende dag plenst het van de regen. Rond lunchtijd knapt het op en fietsen wij weer naar de stad. Net op tijd om de Oriole en vele andere prachtige boten binnen te zien komen. Het is een heel gepuzzel om alles aan en tussen de steigers te krijgen, maar het lukt. Nick is de festival havenmeester en een wonder van rust en geduld. We lunchen aan boord van de Oriole en maken kennis met de juryleden die de boten gaan beoordelen. Onder hen Captain Jaqueline Denee, een stralende Nederlandse die al vele jaren in Canada woont en werkt. De rest van de middag lopen we ons te verlekkeren aan al het prachtigs dat er te zien is. Wietze schiet honderden foto’s, zeer tot genoegen van veel eigenaren.

SAMSUNG CSCDe derde dag van het festival is het meest spectaculair. De Oriole vaart uit met de Commodore-van-het-jaar aan boord. Elk jaar is er iemand anders die de erebaan krijgt. In de haven is inmiddels de chaos compleet. Iedereen ontmeert. De motorboten eerst. Het is de bedoeling dat ze in een nette rij langs de Oriole stomen en de Commodore groeten. Dat gaat in veel gevallen goed. Opvallend is dat de Canadezen wel met de vlag groeten (hetgeen dan mooi vanaf het marineschip beantwoord wordt). De Amerikanen doen dat niet. Die staan wel in het gangboord te salueren. Of iets wat daar op lijkt. Het is een geweldig gezicht om alles zo breeduit voorbij te zien komen. Daarna de zeilboten. Huiken zijn er al af, want na de passage van het vlaggenschip wordt er een race gevaren. De omstandigheden zijn ideaal.

SAMSUNG CSCAls de laatste boot voorbij is, gaat het anker van de Oriole razendsnel op. De kapitein heeft haast, want hij moet zijn gasten kwijt en dan meedoen in de wedstrijd. In de haven van Victoria springen we vlug van boord. En dan wacht ons een verrassing. De organisatie heeft Wietze kennelijk tot festivalfotograaf gebombardeerd. Er is dus een snelle RIB als fotoboot geregeld. Claire, de ‘driver’ vindt het een geweldig avontuur. En wij ook. We worden in een soort overlevingspak gehesen en springen aan boord. Wel anderhalf uur lang scheuren we langs de wedstrijdbaan. Het is prachtig. Stralende zon, strakblauwe lucht en een perfect windje. De jachten halen alles uit de kast. We zien spinnakers, apen en zeilen waar we de naam niet eens van weten. Groot, klein: alles dendert over de baan. Zeker bij de boeien is het een spektakel. Claire heeft nog nooit een zeilwedstrijd meegemaakt en geniet net zo hard als wij.

Honderden foto’s later staan we trillend op de kade. Wat een geweldig cadeau! We springen op de fietsen en scheuren naar onze Anna Caroline. Nette pakken aan en met de bus weer terug. Net op tijd voor het afsluitende diner. Wietze wordt bestormd. “Kun je mij foto’s van mijn boot sturen?” We spreken af dat we ze allemaal naar de organisatie zullen sturen, dan kunnen die ze op de website zetten.

In het donker lopen we terug naar de bushalte. De kades van Victoria zijn sfeervol verlicht en de boten liggen vredig in het spiegelende water. “Wat een verháál weer” zeg ik nog nagenietend tegen Wietze. Hij knikt. “Mooie afsluiting”. En gelijk heeft hij. De herfst komt er aan. Time to go south.

Victoria, British Columbia, september 2016

 

 

 

Tags: , Last modified: 17 maart 2021
Sluiten