Reisverhalen

Blog Anna Noord: schipper tussen de ijsberen

Op naar Svalbard

08:00

Blog Anna Noord
Overal zijn gletsjers

Na de overdonderende natuur in de Lofoten en Vesterålen varen we in twee dagen naar Tromsø . “Wat een enorme stad” zeg ik als we de fjord invaren. Wietze schaterlacht: “zo zie je maar hoe je perceptie verandert in dit land. Tromsø is even groot als onze oude woonplaats Gouda, zo’n 75.000 inwoners”. Grinnikend geef ik hem gelijk.

Een uurtje later liggen we vast in het jachthaventje in het centrum. Om ons heen is het een gezellige drukte: een stuk of acht boten zijn druk met de voorbereidingen voor hun oversteek naar Svalbard. Hun enthousiasme is aanstekelijk en we kijken ijverig mee op de weerkaarten. Maar toch zit het me niet lekker. ’s Avonds buigen we ons samen over de navigatie, kijken naar het weer en naar de kalender. “Het kost ons zeker een maand om daar heen te gaan” peins ik. “Vier of vijf dagen voor de oversteek, dan wil je zeker twee weken daar rondkijken en dan weer het hele stuk terugvaren.” Wietze knikt: “je hebt gelijk, het maakt de tijd om weer helemaal terug naar Nederland te varen best wel krap. Daarnaast slaan we dan ook veel over hier in het noorden.”

Afdeling Creatieve Oplossingen

We dubben er nog een nachtje over. De volgende ochtend bij het ontbijt kijken we weer naar de weerkaarten. “Oei, als we het weergat van aanstaande donderdag zouden pakken, is het best een stuk hoog aan de harde wind” zeg ik. Wietze, die ik voor de grap wel eens het ‘hoofd van de Afdeling Creatieve Oplossingen’ noem, draait met een grijns het scherm van zijn telefoon naar me toe. “Ik heb iets gevonden dat perfect hoog aan de wind gaat. Een vliegtuig.” Natuurlijk: we kunnen er dan snel naar toe, zo veel mogelijk zien en op tijd weer terug om naar Finnmark te gaan, het noordelijkste deel van Noorwegen. “Top, dat doen we.” De rest van de ochtend zijn we bezig met boekingen van vluchten, accommodatie en leuke excursies. Met alle landvasten driedubbel laten we onze Anna Caroline in de haven van Tromsø achter.

Kolen

Blog Anna Noord

Onderonsje van walrussen

In het vliegtuig duik ik in de informatie over Spitsbergen. Of liever: Svalbard, want zo heet de hele archipel. Het hoofdeiland heet Spitsbergen. Willem Barentz ontdekte het, op één van zijn drie ontdekkingsreizen om de noordoost passage te zoeken. Hij overleed in 1597 op Nova Zembla. In de eeuwen die volgden, werd er rond en op Svalbard voornamelijk gejaagd. IJsberen, poolvossen, walrussen, zeehonden, walvissen: het waren rijke jachtgronden. Begin vorige eeuw werd ontdekt dat er kolen in de bergen waren. Meneer Longyear was de eerste die mijnbouw ontwikkelde, vanaf 1906. Er zijn in totaal 7 mijnen geopend, waarvan er nu nog eentje actief is. Er wonen 3.500 mensen, van in totaal 52 nationaliteiten. De grootste inkomstenbronnen zijn: kolen, onderzoek/onderwijs en toerisme. “Ah, ik kan niet wachten tot we er zijn” leun ik achterover in de vliegtuigstoel.

Stof

In stralend weer lopen we even later door Longyearbyen. Het is een gortdroog landschap met sneeuwkappen en gletsjers erboven. Elke windvlaag laat een kleine stoftornado ontstaan. Een rendier sloft de straat over omdat aan de andere kant nog wat meer grassprietjes te vinden zijn. Smeltwater stort zich in een razende, bruine rivier over een kiezelbed naar beneden. De huizen hebben allerlei felle kleuren, wat prachtig contrasteert met het wit/grijs van de natuur. Een groot cruiseschip ligt in de haven, een sliert mensen in blauwe jassen loopt naar het winkelcentrum en de souvenirwinkels. “Ik ben benieuwd hoeveel toeristen hier elk jaar komen” zegt Wietze. “Heb ik net gelezen: 100.000 per jaar, waarvan 40% met een cruiseboot” dreun ik op.

Blog Anna Noord

Rendier in een rivierbedding

Gletsjers

Nog dezelfde dag gaan we met een snelle boot naar een gletsjer toe, zo’n 20 mijl van Longyearbyen. Een dwergvinvis scharrelt z’n kostje bij elkaar en wij vergapen ons aan z’n mooie duiken. Allerlei prachtige vogels vliegen om ons heen en we horen het ruisen van het smeltwater in de gletsjer. Stilletjes genieten we van al het moois. “Nog een keer?” zeg ik. Wietze knikt en ik boek nog zo’n uitstapje. De volgende dag varen we tussen ijsbergen in allerlei soorten en maten naar een kolonie walrussen. Ruftend en boerend laten ze ons weten dat ze er zijn. Het is een kijkspektakel van jewelste. Als we dan ook nog een groep beluga walvissen tegenkomen, kunnen we ons geluk niet op. Overal waar je kijkt, is het mooi en indrukwekkend.

Blog Anna Noord

Nieuwsgierige beluga walvis

“Dat is ook niet zo gek” zegt Christian Clauwers de volgende dag. “60% van Svalbard is bedekt met ijs.” Christian is een beroemde Belgische fotograaf, natuurgids én zeiler. “Ik heb gisteren een aantal fotoprojecten vereeuwigd in het Acrtic World Archive ” zegt hij trots. Huh? “Jullie hebben wel gehoord van de ondergrondse opslag van allerlei zaden die wereldwijd verzameld zijn. Die blijven goed in de permafrost hier” legt hij uit. “En nu is er ook zoiets voor data, kennis, kunst en cultuur. Daar heb ik gisteren een bijdrage namens België in gelegd, een primeur.” Daar zijn we even stil van. ’s Ochtends waren we in een oude mijn gaan kijken en we waren verrast hoe snel je dan al in een diepbevroren schacht zit. “Permafrost” knikt Christian.

IJsberen

Zondagochtend gaan we koffie drinken bij Marina van Dijk, een goudsmid die al dertig jaar op Svalbard woont. In haar zelfgebouwde knusse huis luisteren we bewonderend naar haar verhaal over het leven hier en de manier waarop die smeltkroes van nationaliteiten harmonieus samenleeft.

Blog Anna Noord

Goudsmid Marina van Dijk

Haar collecties sieraden liggen in heel veel winkels: het centrale thema is ijsberen. “Naast het werk in mijn atelier ben ik ook gids en schipper op expeditie boten” legt ze enthousiast uit. “Het is hier zó mooi en er is zoveel te zien.” “En hoe zit dat dan in de winter?” vraag ik. “Dan komen vooral Noren hier naar toe om met sneeuwscooters rond te trekken door het gebied rond Longyearbyen” legt ze uit. “En is het niet lastig dat het de hele tijd donker is?” Ze grijnst en laat een foto zien. “Ik heb een mooie zeilboot in Portugal liggen. Het is een deksalon jacht, dus ik heb de achterkajuit omgetoverd tot atelier. Ik werk, zeil en geniet de hele winter. Vol energie kom ik dan weer terug naar Svalbard.” “Het beste van twee werelden” lacht Wietze.

Sneeuwschoenen

Inmiddels zijn de eerste zeilboten binnen na de oversteek uit Tromsø; we hadden ze op Vesselfinder gevolgd. De eerste groep ligt aan de stoere steiger van Longyearbyen, de rest zit nog wat zuidelijker in ankerbaaien om de harde wind af te wachten. Natuurlijk lopen we naar de haven om ze te begroeten. Opgetogen gezichten, blij dat het er op zit. “Gefeliciteerd: 78 graden noord!” roepen we. De meeste zeilers hebben de brandende ambitie om door te varen naar 80 graden noord en dat snappen we helemaal. Om in een baai te kunnen ankeren met niks dan gletsjers, rotsen en ijsbergjes om je heen is prachtig. Wat dat betreft denken we vaak aan de maanden die we in Patagonië rondvoeren.

Blog Anna Noord

De haven van Longyearbyen

Op onze laatste dag gaan we met een gids (mét ijsberengeweer) een bergwandeltocht maken. Ploegend met sneeuwschoenen door een eindeloze vlakte met sneeuw, blijf ik opgetogen om me heen kijken. Ons geluk met het weer houdt aan. Het is een stralende dag en de kleuren blauw, wit en grijs komen in elke mogelijke schakering voor. M’n hart zingt. Wietze ploegt door de sneeuw naar me toe en geeft me een kus. “Heerlijk, ik ben zo blij dat we dit gedaan hebben” leun ik tegen hem aan. “Morgen weer naar huis” zegt hij blij. “Ik heb zin om verder naar het noorden te zeilen.”

Blog Anna Noord

Gletsjerwandelen

Svalbard, Noorwegen juli 2023

 

Tags: Last modified: 26 juli 2023
Sluiten