Reisverhalen

Column Anna: Zuid-Afrikaanse helden

08:00

In de ongezellige quarantaine haven

“Goede morgen!” Om zeven uur ’s ochtends schrikken we wakker van de stem naast onze boot. We graaien snel wat toonbare kleren uit de kast en schieten naar buiten. Dat gaat met een soort hink-stap-sprong over de stapels natte laarzen, jassen en broeken heen. Vannacht zijn we Richards Bay in Zuid-Afrika binnen gedenderd in de stromende regen.

Column Anna

Verplichte COVID test bij aankomst

Op de kant staat Natasha, haar vrolijke blonde krullen wapperen in de bries. Stralend weer, geen regen meer te bekennen. “Niet van boord gaan hoor! Tot de uitslag van de covid-test er is, moeten jullie strikt aan boord blijven”. We knikken en bedanken haar. Natasha is ‘port officer’ voor de Ocean Cruising Club. Normaal helpt ze alleen leden van die club, maar omdat dit jaar alles bijzonder is, mogen ook wij ons in haar warme gastvrijheid koesteren. Op een veilige afstand praten we met elkaar. Dan kijkt ze op haar horloge en sprint naar haar auto, op naar haar werk. “O ja, niks buiten laten liggen. Er zitten hier apen” roept ze over haar schouder.

Wij kijken om ons heen. De quarantaine haven van Richards Bay is op z’n zachtst gezegd geen hoogtepunt van gezelligheid. Een betonnen ‘bak’ waar we met zeven boten liggen te wachten. Door het grote getijdeverschil verandert het uitzicht vanuit de kuip van ‘slijmerige muur’ naar ‘leuk restaurantje’ en weer terug. Iedereen is druk met bootklussen en het drogen van alle natte spullen. We houden om de beurt ‘apenwacht’ want die schattige kleine grijze aapjes zijn razendsnel en grijpen alle losliggende dingen.

Verjaardag

Wij liggen pal voor een restaurant; de dichtstbijzijnde terrastafel is vijf meter van onze boot. De manager komt een praatje maken. “Zeg, ik heb een probleem” grijns ik. “En dat is?” “Nou, ik heb Wietze een verjaardagsdiner met steak en friet beloofd toen hij onderweg jarig was. Maar we mogen de kant niet op”. Hij grijnst, komt even later met de menukaart terug en we kiezen allebei iets lekkers uit. “Zeven uur vanavond?” “Graag! En we hebben nog geen Zuid-Afrikaans geld, dus is dollars ook goed?”

De andere zeilers liggen in een deuk van het lachen als ’s avonds keurig netjes een waar feestmaal bij ons afgeleverd wordt. Wietze kan z’n geluk niet op en we eten als koningen. Natasha loopt lachend langs en meldt: “Morgen om twaalf uur komen ze jullie testen. En wees voorzichtig met wie je hier praat. Er komen veel mensen in uniformen langs om informatie op te halen. Geef voorlopig maar even niks af. De onderhandelingen zijn op hun hoogtepunt en het kleinste detail kan het verstoren”.

Spannend

En daarmee zitten we midden in de spanning die er rond de jachten is. Het is een verhaal dat maanden geleden begon: we zaten muurvast op de Malediven en maakten allerlei plannen. Centraal was de vraag: hoe terug naar Europa? Rode Zee of Zuid-Afrika? Zuid-Afrika was altijd plan A, omdat we de veiligheid in de Rode Zee nog altijd een beetje spannend vinden. Dus ongeacht welke landen open zijn op weg daar naar toe: Zuid-Afrika is de sleutel naar de Atlantische Oceaan. Op Facebook zagen we een enthousiaste oud-wereldzeilster die in een aantal zeilersgroepen informatie aan het verzamelen was over zeilers die dit jaar naar Zuid-Afrika willen. We legden contact met Jenny Crickmore Thompson en werden daarmee onderdeel van het team dat ze op aan het zetten was. Onze taak was het verzamelen van informatie over jachten die van plan waren dit jaar Kaap de Goede Hoop te omzeilen. Die aantallen zouden duidelijk maken hoe groot het probleem potentieel zou zijn. “Al snel kwam ik in contact met Peter Sherlock van de Royal Capetown Yachtclub” legt Jenny uit. “Hij heeft goede contacten met de overheid en kon vooral duidelijk maken dat het niet alleen om de wereldzeilers gaat, maar ook om de grote jachtraces die naar Zuid-Afrika komen. De bestedingen van al die jachten geven een belangrijke economische impuls”. John Franklin vult aan: “Je moet goed begrijpen dat we toen nog in het zwaarste niveau van lockdown zaten. Het was een lastig onderwerp, om het maar voorzichtig te zeggen. Maar langzaam gingen we naar lossere vormen van lockdown, tot op 1 oktober Level 1 werd afgekondigd”. Dat betekende dat zeeschepen binnen mogen komen, noodzakelijke reparaties en bevoorrading mogen doen en daarna weer vertrekken. Per schip mag één persoon van boord. “Dat is in elk geval wat” zeggen we tegen elkaar. “Maar een paar dagen op safari zou ook wel leuk zijn” peins ik. “Janneke, we zeilen in een pandemie” corrigeert Wietze me.

Stempel

Column Anna

In de rij voor het inklaren

Jenny, John en Peter zitten er maandenlang hard achteraan; we hebben bijna dagelijks contact over de lijsten met boten die Wietze en ik ijverig bijhouden. De jachten beginnen, met het orkaanseizoen op hun hielen, langzaam maar zeker de havens van Durban en Richards Bay binnen te komen. Daarmee wordt het probleem steeds zichtbaarder en dringender. Immigratie weigert de bemanningen in te stempelen, douane sluit zich daarbij aan. Na de uitslag van de covid-test worden we door de gezondheidsdienst geaccepteerd. Maar dat is dan ook alles. Geüniformeerde personen lopen in de vijf dagen dat we nu al aan de kade liggen, voortdurend langs. De een wil gewoon een praatje maken en verontschuldigt zich voor de stagnerende situatie. De ander dreigt ons te arresteren als we ook maar een voet op de kade zetten. De volgende komt met een stapel ‘exit’- formulieren aanzetten. Of we die even in willen vullen? Nee. Het is duidelijk dat de lokale autoriteiten helemaal geen trek hebben in het inklaren van de jachten. Maar op landelijk niveau boeken onze ‘Drie Musketiers’ succes: op humanitaire gronden worden de jachten toegelaten, mits ze in een periode van vijf weken in één van de drie aangewezen havens binnen komen: Richards Bay, Durban of Kaapstad. Als het bericht de whatsapp-groep bereikt, ontploft het haventje. Iedereen staat naar elkaar te zwaaien en te roepen. Ik zet een pot thee en ga lekker safari-tripjes uitzoeken. Nog geen uur later staat er een chagrijnige immigratie-mevrouw op de kade. Meteen zit er een hele rij grijnzende zeilers voor haar; paspoort na paspoort krijgt de felbegeerde stempel.

Zululand Yacht Club

Column Anna

De gastvrije Zululand Yacht Club

“Hoe laat is het hoog water?” vraagt Wietze als we terug lopen naar de boot. “Over vijf uur” reken ik uit. “Mooi, dan kunnen we over twee uur op pad”. Op nog geen twee mijl van de betonnen bak ligt een schitterende jachthaven met een gastvrije jachtclub. Alle boten gooien los en varen naar de jachthaven, de diepste boten het laatst vanwege de zandbank die er voor ligt.  Het voltallige kantoorteam van de jachthaven zit in quarantaine thuis, dus de vrijwilligers worden helemaal dol van al die boten die ineens binnen komen. Maar nog geen twee uur later ligt iedereen riant in een box en kan het feest beginnen.

Column Anna

Werkoverleg met Jenny en John

Jenny en John springen in de auto en rijden van Johannesburg naar Richards Bay om iedereen te ontmoeten. Na al het intensieve contact is het heerlijk om ze in levenden lijve te spreken. De dag na het feest gaan we met z’n vieren eens rustig zitten om de blik vooruit te werpen. “Hoe voorkomen we dat dit zich volgend jaar herhaalt en we weer maandenlang dag en nacht met de jachten bezig zijn?” zegt Jenny. We brainstormen en vergelijken allerlei ervaringen die we in de afgelopen jaren opgedaan hebben. John heeft een soort protocol opgesteld voor het afhandelen van jachten in het volgende seizoen. Als de koffie op is, leunen we achteruit en kijken tevreden naar de jachthaven met alle wapperende Zuid-Afrikaanse gastenvlaggen. Jenny zucht: “Mijn land is fantastisch mooi en ik ben zo blij dat jullie er nu echt van kunnen genieten”. Wietze grijnst: “volgens mij gaan wij morgen al op safari”.

Richards Bay, Kwazulu Natal, Zuid-Afrika, december 2020

 

 

 

 

 

 

 

Bekijk HIER de vorige columns

Tags: , Last modified: 17 maart 2021
Sluiten