Voor de toekomst van het waddengebied vraagt de Waddenvereniging gedurende de maand december naar de mening van haar leden. De vereniging heeft een enquête opgesteld om een gezamenlijk standpunt in te nemen over windmolens in het waddengebied. Volgens plannen moeten de drie waddenprovincies in tien jaar tijd het dubbele vermogen aan elektriciteit gaan leveren. Vraag is, of leden van de Waddenvereniging kiezen voor behoud van het unieke natuurgebied of voor duurzame energie.
Waddenvereniging in dilemma
De waddenprovincies vragen de Waddenvereniging vaak om haar mening te geven over nieuwe plannen voor windmolens in het waddengebied. Aan de ene kant ziet de Waddenvereniging de noodzaak van duurzame energieopwekking ook als belang voor de toekomst van het waddengebied. Aan de andere kant is het een uniek natuurgebied van internationale betekenis waar jaarlijks miljoenen mensen genieten van de rust, ruimte en de weidsheid van het landschap. De uitslag van de enquête gebruikt de Waddenvereniging om het standpunt over windenergie te herijken.
Windmolens hebben naast effect op de natuur, ook invloed op de beleving van het wad. Hoe men het wad ervaart is lastig in cijfers uit te drukken. Daarom vindt de Waddenvereniging de mening van haar leden zo belangrijk. Josje Fens, medewerker klimaat en energie bij de Waddenvereniging: ‘De Waddenvereniging heeft bijna 45.000 leden en donateurs. Wat ze gemeen hebben is dat ze allemaal wadliefhebbers zijn. Toch wordt er verschillend naar het gebied gekeken. Wat die verschillen precies zijn en waar de gemene delers liggen als het over windenergie gaat, daar willen we graag achter komen.’
Verdubbeling energieopwekking
In tien jaar tijd moeten de drie waddenprovincies het door windenergie opgewekte vermogen, meer dan verdubbelen. De drie waddenprovincies hebben afspraken met het Rijk gemaakt om 6000MW wind op land mogelijk te maken. Circa 2000 MW moet komen van windmolens die in het waddengebied of aangrenzend aan het waddengebied komen te staan. Daarnaast wordt sinds kort onderzocht of een deel van de geplande windmolens op zee dichter bij de kust geplaatst kan worden. Dit gaat om een opwekking van circa 4400 MW. Een van de zoeklocaties ligt vlak boven de Waddeneilanden.
Toekomst van de wadden
De uitdaging voor de vereniging is niet alleen om een standpunt te benoemen dat kan rekenen op steun van de achterban, maar ook dat er rekening wordt gehouden met het nationale en internationale belang van de Wadden. ‘Momenteel lijkt het meer een handjeklap per provincie. Terwijl de vraag zou moeten zijn, hoe wil je dat Nederland er over 20 jaar uit ziet. Welke gebieden zijn dan geschikt en welke niet’, aldus Josje Fens.
De Waddenvereniging behartigt de belangen van het waddengebied namens haar leden. Een representatief deel van de leden wordt telefonisch benaderd. Daarnaast hebben alle leden de mogelijkheid om tussen 6 december en 31 december de online vragenlijst in te vullen. Tijdens een extra ledenvergadering op 22 februari gebruikt de vereniging de resultaten voor een debat, waarbij de vereniging haar standpunt over windmolens in het waddengebied herijkt. Kijk voor meer informatie en de online vragenlijst op www.waddenvereniging.nl/windenergie
Foto: Marijke Hesseling, www.marijkehesseling.nl
Last modified: 11 december 2013
Ik zie windmolens als een essentieel onderdeel van onze toekomstige energievoorziening, en daarmee dus een noodzakelijk kwaad. Als ik moet kiezen waar deze molens dan moeten komen te staan, zie ik ze liever niet in directe woonomgevingen, want daar kijk je dan voortdurend tegenaan. Als je naar meer afgelegen gebieden kijkt, dan kom je in Nederland bijna altijd in het water terecht. Je moet ze dan niet plaatsen in de “Kalverstraten” op bv het IJsselmeer, en de wadden, maar er zijn daar veel plekken te bedenken waar er geen fysieke last van ondervonden wordt met het varen. Dus ik vind dat er in overleg met alle belangenpartijen steeds nieuwe locaties afgewogen moeten worden, en dan komt daar vast iets moois uit. Alleen maar tegen elke locatie blijven omdat je in het algemeen tegen ben werkt nooit, en blokkeert goed overleg.
Dus: Zorgen dat je aan tafel blijft voor overleg over goede locaties.
beste G.R. ter Haar,
U zegt dat u de windmolens liever niet op land heeft omdat u er dan ‘constant tegenaan moet kijken’. U gebruikt echter toch ook constant stroom? Ik pleit voor het naleven van het ‘de vervuiler betaalt’ principe. Maak niet een uniek natuur- en recreatiegebied de dupe van de telkens maar groeiende energiebehoefte. Het wordt ook tijd dat er afgestapt word van het idee dat we telkens maar meer energie moeten gebruiken, laat staan opwekken….
Ik heb het idee dat er werkelijk geen beleid achter het windmolengebeuren zit en dat het een ontwikkeling is die vooral bepaald wordt door windmolenfabrikanten, -adviseurs of -projectbureaus. Een paar molens hier of daar, een parkje zus of zo. Ik ben tegen een windmolenpark langs de Afsluitdijk in het IJsselmeer, en zeker tegen een park in de Waddenzee. Ik ben om verschillende redenen van mening dat je windmolens in de buurt van bebouwd gebied moet zetten en dat je niet bij voorkeur natuur en landschap moet opofferen om het milieu te redden. Het gaat mij dan niet om die doodenkele dag dat het een Kalverstraat is op het IJsselmeer rond Kornwerderzand, maar wel om de onomkeerbare vernieling van het vrije blikveld en het uitzicht wat het IJsselmeer zo uniek maakt. De keuze moet dan ook niet bepaald worden door de mate van hinder die zeilers ondervinden (zoals de heer ter Haar lijkt te opperen) maar door de natuurwaarde of de landschappelijke waarde die opgeofferd moet worden. Dit laatste moet altijd worden voorkomen.