Op de meeste ankerplaatsen en havenkommen ben je met een zeilende bijboot een vreemde eend in de bijt. Maar als het moederschip zeilt, waarom dan de bijboot niet?
Allemaal houden we van het moment dat we de scheepsdiesel het zwijgen opleggen en de geluiden van het water en de wind onze zintuigen overspoelen. We zeilen! Toch kiezen we er vreemd genoeg vaak voor om bij onze tochtjes naar de kant in de herrie en walm van een buitenboordmotortje te zitten. Waarom?
Dat vroeg de Zeilen-redactie zich meermaals af deze zomer. Aan boord van ons drijvend redactielokaal hadden we een opblaasbaar, zeilend bijbootje bij ons; al snel was het ieders lieveling.
Op elke ankerplek en in elke havenkom weer werd het van stal gehaald.
Omdat we iedere zeiler datzelfde plezier gunnen, pleiten we voor een zeilendebijbotenvloot. Liefst zien we in iedere haven voortaan meerdere zeiltjes op en neer naar de steiger gaan.
Om zo veel mogelijk mensen warm te krijgen voor dit idee zijn we op zoek gegaan naar bezitters van een zeilende bijboot. We stuitten op bijzondere mensen met bijzondere boten. Wat blijkt: voor iedere zeilboot is wel een passende zeilende bijboot te bedenken (of zelf te bouwen).
Prachtig bakbeestje
Sommige zeilers gaan voor de looks. Bijvoorbeeld Gerard van Katwijk, die misschien wel de mooiste zeilende bijboot van ederland heeft. Waarom? “Bij een Zeeuwse Klipper van meer dan honderd jaar oud hoort geen rubberbootje, maar een al even istorisch bijbootje.” Zo kwam Van Katwijk in het bezit van een zogeheten ‘Hasselter’ Hollandse Boot. Het geklonken stalen scheepje is inmiddels eveneens zo’n honderd jaar oud en de gangen zijn met de hamer handmatig rond geklopt.
“Misschien is dit wel het oudste Hollandse Bootje,” zegt Van Katwijk over de karakteristieke hamerputjes. “Die heb ik bij geen enkel ander bootje gezien, want later werd het buigen van de gangen machinaal gedaan.”
De Hollandse Boot was eeuwenlang de ideale bijboot: door heel Nederland en Vlaanderen werden zulke bootjes gebruikt voor praktische zaken als visserij, goederenoverslag en personenvervoer. Dat ging erg goed omdat de Hollandse Boot beter bestand was tegen golfslag dan andere roeiboten. Op de rivieren en kanalen werd hij daardoor de standaard volgboot. Op den duur werden de scheepjes ook uitgerust met een spriettuigje.
Zeilen 10/2021
Ben je benieuwd naar de rest van het verhaal? Waarom is de Hollandse Boot geen ideale metgezel voor iedereen? Waarvoor gebruikt Paul van Tillo zijn Banana-boot vooral? Welke opblaasbare dinghy is in leeggelopen toestand niet veel groter dan een flinke zeilzak? Wat zorgt ervoor dat de Walker Bay onzinkbaar is? En welk prijskaartje hangt er ongeveer aan een zelfgebouwde droomboot? En ben je op zoek naar een routekaart naar jouw ideale zeilende bijboot? Je leest het allemaal in Zeilen 10/2021! Koop het nummer hier online in de webshop of lees (het artikel in) Zeilen hier digitaal. De editie is ook tot en met woensdag 27 oktober verkrijgbaar in de winkel. En wil je vanaf nu elke maand dit soort verhalen lezen? Word dan hier abonnee.
Omslagfoto: Eric van den Bandt
Tekst: Joris Westerveld