De Volvo Ocean Race-organisatie start een onafhankelijk onderzoek naar het aan de grond lopen van Team Vestas Wind in de Indische Oceaan.
Het ongeluk gebeurde op 29 november tijdens de tweede etappe van de huidige, twaalfde editie. De bemanning wist veilig van boord te komen en liep slechts lichte verwondingen op. De boot Vestas Wind strandde op de Cargados Carajos Shoals (St. Brandon), 240 mijl ten noordoosten van Mauritius.
Inzichtelijk voor iedereen
De gepensioneerde Rear Admiral (schout-bij-nacht) Chris Oxenbould (AUS) zit het panel voor, dat op 31 januari 2015 met het eindrapport komt. De Volvo Ocean Race is voornemens om het verslag openbaar te maken, zodat de lessen hieruit de hele zeilwereld ten goede komen en niet alleen de race. Dit zal tijdens de stopover in Auckland gebeuren, 27 februari tot en met 15 maart.
Onderzoek
Het panel kan putten uit een breed scala aan input, waaronder van bemanningsleden van de concurrerende boten in deze editie, leden van het racecomité, leveranciers van elektronische kaarten en de nooddiensten.
Rear Admiral Oxenbould is een voormalig plaatsvervangend hoofd van de Australische marine en een ervaren oceaanzeiler met een bijzondere expertise in navigatie. Hij is tevens de voorzitter van de Yachting Australia National Safety Committee.
Navigatiedeskundige in het oceaanzeilen en winnaar van de Volvo Ocean Race 2005-06 als navigator van ABN AMRO ONE, Stan Honey, en Chuck Hawley assisteren Rear Admiral Oxenbould. Hawley is de voorzitter van het Amerikaanse Sailing Safety at Sea Committee.
Het panel gaat het volgende onderzoeken:
- Wat is er gebeurd en waarom liep Vestas aan de grond?
- Wat waren de administratieve procedures van de Race zijn en welke documentatie is voor handen is?
- De aanwezige managementprocedures in noodsituaties en hun effectiviteit gedurende het incident worden bekeken.
- De onderzoekers komen met bevindingen en aanbevelingen met betrekking tot wijzigingen in de regels van de race, procedures, administratie, documentatie, boten of uitrusting die een mogelijke herhaling zouden moeten voorkomen.
Hoe je het ook wendt of keert: de navigator had van te voren de digitale kaarten in detail moeten bestuderen. Niet allen de directe route, maar ook ten Westen en ten Oosten van die route, omdat je weet dat je met het weer rekening moet houden en eventueel moet uitwijken. “Ik had niet voldoende ingezoomd” is de flauwste smoes die ik ooit gehoord heb. Als je het systeeem van die digitale kaarten kent ga je van te voren de hele route na en weet je dat er ondieptes zijn. Overigens heb ik geen hoge pet op van kaartenmakers die een systeem hanteren waarbij je droogvallende ondieptes niet ziet, bij welke mate van inzoomen ook. Ondieptes moeten ALTIJD zichtbaar zijn. Ik ben blij dat er in mijn koopvaardijtijd er nog geen digitale kaarten bestonden. Wij zijn vele malen de Indische Oceaan overgestoken, maar onze stuurman bestudeerde de hele route van te voren grondig. Ik vaar prive nog maar gewoon door met papieren kaarten, daar heb ik alle vertrouwen in. Jan Huisman, oud-werktuigkundige KPM/KJCPL.