70 jaar geleden vond de grootste Nederlandse natuurramp van de twintigste eeuw plaats. Door de combinatie van springvloed en een zeer zware noordwester storm stijgt het water in de nacht van 31 januari op 1 februari tot een hoogte die de dijken niet aankunnen. Grote gebieden in zuidwest Nederland overstromen en velen komen om het leven. 2023 is een bijzonder herdenkingsjaar waarin veel overlevenden en nabestaanden nieuwe verhalen vertellen. Ook kijkt onder andere het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk vooruit naar waterveiligheid in de toekomst. Zeilen verzamelt deze maand boeiende kijktips, bijzondere verhalen en interessante achtergrondinformatie over de nog altijd actuele watersnoodramp van 1953.
De storm
Op 30 januari zagen de weerkaarten er bij het KNMI al verontrustend uit, schrijft het instituut in een achtergrondartikel over de ramp. De dienstdoende meteorologen verwachtten een zeer zware storm met windkracht elf uit het noordnoordwesten. Het stormveld dat zich duizend kilometer uitstrekte over de Noordzee richtte al grote schade aan in Schotland en bewoog zich vervolgens recht op de Nederlandse kust af. Het KNMI waarschuwde voor “gevaarlijk hoog water”, hoewel de meteorologen al voorspelden dat de ondergrens voor die hoogste categorie flink zou worden overtroffen. Een hogere waarschuwingscategorie bestond simpelweg echter niet.
In de Zeeuwse wateren bereikte de storm om tien uur ’s avonds op 31 januari zijn hoogtepunt, schrijft het KNMI. Het was twee dagen na volle maan, dus springvloed. De hoogste opwaaiing bereikte de kust rond middernacht, omdat het opwaaiende water gemiddeld tweeënhalf uur na de wind komt. De opwaaiing was toen 3,10 meter boven de verwachtte hoogte van het getij. De hoogste waterstand bereikte Vlissingen echter pas tijdens astronomisch hoogwater op 1 februari om 3.24 uur, met 4,55 meter boven NAP. Veel dijken in Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Brabant waren niet opgewassen tegen deze buitengewone hoeveelheid water en braken.
De watersnoodramp
Het natuurgeweld dat de dijken niet konden tegenhouden had 1.836 dodelijke slachtoffers tot gevolg. Daarnaast overleefden tienduizenden dieren de ramp niet en verwoestte het water duizenden huizen. Zondagmiddag veroorzaakte het volgende hoogwater een tweede, nog grotere vloedgolf dan de eerste overstroming. Veel mensen in de getroffen gebieden konden alleen aan het water ontsnappen door hun dak op te klimmen, schrijft het Watersnoodmuseum: “Als het zondag 1 februari 1953 ’s morgens licht is, wordt de volle omvang van de ramp zichtbaar. Hier en daar zijn nog daken, een boomkruin of een afgebrokkelde dijk te zien. Verder is er alleen maar water”. De tweede vloed maakte ook nog meer slachtoffers dan de eerste.
Hoewel het KNMI de storm zag aankomen, was een ramp van zulke omvang niet voorzien. Er hebben zwaardere stormen gewoed over Nederland, maar de impact van de stormvloed is vooral uitzonderlijk vanwege de extreme waterstanden en de duur van de storm. Dat de dijken niet opgewassen waren tegen een stormvloed als die van 1953, was desondanks wel bekend bij de overheid, zo verklaart Rijkswaterstaat op hun website. De dijken waren op veel plaatsen niet hoog genoeg en verzwakt. Na de Tweede Wereldoorlog had de wederopbouw van de rest van het land echter prioriteit boven het verstevigen van de kustlijn.
De reddingsacties en meer verslagen
Door het afbreken van zendmasten is contact met de buitenwereld urenlang niet mogelijk voor de zwaar getroffen gebieden. De eerste redding komt vervolgens uit onverwachte hoek: Urker vissers komen op zondag naar het rampgebied afgereisd op hun botters. Hoe deze indrukwekkende reddingsactie verloopt, lees je volgende week. Intussen heeft het Watersnoodmuseum in februari speciale evenementen ter gelegenheid van de herdenking, die te vinden zijn in de agenda van het museum. Het museum is sinds 2001 gevestigd in een van de betonnen caissons die het gat in de dijk van Ouwerkerk dichtten. Ook is bij het Watersnoodmuseum het herdenkingsmonument voor de 1.836 slachtoffers te bezoeken.
Voor wie meer wil weten over de watersnoodramp is het boek De Ramp van Kees Slager al sinds 1992 een leidend werk. Slager reconstrueerde de gebeurtenissen uit de rampnacht aan de hand van indringende interviews met 250 ooggetuigen en veel diepgravend onderzoek. Naar aanleiding van de 70e herdenking maakte de NTR ook een vierdelige documentaireserie Het water komt. De serie is hier gratis online te kijken.
Omslagfoto: Rijkswaterstaat
Tags: Meteorologie, nieuws, watersnoodramp Last modified: 9 februari 2023