De Rode Zee is een no-go area. Dat is de jarenlange reputatie vanwege piraterij en helemaal anno 2024 vanwege de Houthi-rebellen. Terwijl wereldwijd het nieuws met raketten en drones werd gebombardeerd, waagden zo’n vijftig zeilboten toch de sprong. Geen enkele zeilboot is aangevallen door Houthi-rebellen, wel hebben zich een drietal incidenten voorgedaan. Onze Correspondent Overzee Greetje Tops, van Sailing Black Moon, deed vanuit Egypte verslag.
Uit Jemen of toch Eritrea?
Jaarlijks passeren gemiddeld zeventig zeiljachten de Rode Zee. Uit de administratie van het Suezkanaal blijkt dat er afgelopen seizoen – van februari tot juni 2024 – in totaal 54 zeiljachten veilig aan de overkant zijn gekomen, zo wist kanaalagent Captain Heebi te vertellen.
Half april 2024 zette het Zweedse zeiljacht Alice koers vanuit Djibouti richting Sudan. In lichte weercondities zeilden ze door de nauwe zeestraat Bab-el-Mandeb. Aan het einde hiervan, op de grens naar de Rode Zee, werden ze benaderd door een motorboot. “Ineens was daar een skiff met een handvol mannen,” begint schipper Maria te vertellen. Ze kon onmogelijk zien met hoeveel ze precies waren. Het was namelijk een maanloze nacht en de mannen schenen met een enorme lamp op hen, waardoor ze verblind raakten.
“Na wat heen en weer geschreeuw, belde ik de coalitie (MSCHOA en UKMTO) met de satelliettelefoon. Uiteindelijk, zo snel als ze kwamen, gingen ze ook weer weg,” verklaart Maria opgelucht. “De boot zette koers richting Jemen, maar ik geloof eerder dat ze uit Eritrea kwamen.” Hun twee kinderen lagen onwetend in de achterhut te slapen. Of ze bang waren? “Nee, ze vonden het vooral vervelend dat de motor aanging,” lacht Maria. Pas de volgende dag kwam een patrouilleschip het Zweedse zeiljacht tegemoet varen en escorteerde haar tot ze in het veilige gebied geraakte.
Machinegeweer
In de ochtend van 11 april zette solozeiler Robin koers op de Rode Zee vanuit Djibouti. Midden op de dag zeilde hij midden in de zeestraat Bab-el-Mandeb. Er stond een lichte wind, zo´n 10 knopen. Robin besloot wat dicht bij de kust te varen om het laatste beetje telefoonnetwerk vanuit Djibouti te benutten. Zijn concentratie ging meer uit naar zijn videogesprek dan naar de omgeving op dat moment. “Wellicht was ik wat overmoedig geraakt, vanwege de veilige tocht door de Golf van Aden naar Djibouti toe,” biecht Robin op. “Want ineens was daar een skiff, niet heel groot, maar wel met drie mannen erin en 75 pk erachter.”
“In het Frans sprak ik ze aan, om te testen of ze uit Djibouti kwamen, maar ze antwoorden met Arabisch accent English”. Een van hen leek op een visser, de ander droeg een groen soldaatachtig uniform en de voorste leek de kapitein te zijn. Op een bootlengte afstand commandeerde deze laatste man hem om te stoppen met filmen. Robin sluit zijn videogesprek af en wanneer hij weer opkijkt, heeft de kapitein zijn hoofd bedekt en met uitgestoken armen dreigt hij bij hem aan boord te stappen. “Ik snelde naar binnen om de VHF te pakken en merkte dat ze snelheid minderde. Toen ik met zowel marifoon en telefoon terug in zicht kwam, hield de kapitein ook iets omhoog. Onder een deken kwam een machinegeweer tevoorschijn.” Na deze dreiging draaide de boot 90 graden oostelijk en zette koers op Jemen.
Beschoten
Zeiljacht Islander voer op 11 maart 2024 door de Rode Zee toen het incident plaatsvond. Barbara, met haar crew van twee man sterk, was slechts vijf mijl uit de scheepvaartroute, zuidwestelijk van de Hanish Eilanden, toen ze rond zonsondergang werd benaderd door een motorboot met 75 pk erachter. “Er stonden hoge golven en ik was aan het handsturen,” begint Barbara. De mannen, waarvan eentje in uniform, schreeuwden en wezen dat ze koers moesten wijzigen richting Afrikaanse kust. Haar crew haalde het zeil in en startte de motor, terwijl Barbara niet richting Eritrea, zoals bevolen, maar terug naar de scheepvaartroute stuurde.
“Toen ramde de boot ons, waarna ze hun machinegeweren tevoorschijn haalden en op ons richtten.” De AK47 werd afgevuurd, maar gelukkig kwamen de kogels in de romp en raakte niemand gewond. Terwijl de boot op Islander in bleef beuken, zond de crew een mayday uit en onderhield contact met de coalitie. Om tijd te winnen voeren ze een tijdje op met de motorboot richting land. “Pas toen het donker begon te worden, vroegen ze waar we eigenlijk vandaan kwamen, waarna ze gebaarden dat we konden gaan.” Barbara heeft een uitgebreid verslag van het incident gedaan en met zowel de coalitie als noonsite gedeeld.
Houthi’s of piraten?
De drie incidenten vonden plaats binnen of net buiten de zeestraat Bab-el-Mandeb (20 mijl breed, 70 mijl lang). Aan de westzijde ervan ligt Eritrea (Afrikaans grondgebied) en aan de oostzijde Jemen (Midden-Oosten). Vanwege de Arabische taal en de smalle omgeving is het onduidelijk of de mannen vanuit Eritrea of vanuit Jemen komen. Zonder officieel uniform en legitimatie is het ook onduidelijk of het lokale autoriteitenbetroffen. De kans is dus groter dat de boten te maken hadden met piraterij dan dat ze autoriteiten of Houthi-rebellen troffen.
Uit bovenstaande incidenten blijkt dat bij kalmere condities de kans groter is dat zeiljachten worden benaderd. De meeste zeiljachten hadden dit seizoen namelijk met ruigere condities te maken toen zij de zeestraat passeerden en bleven bewust in het midden van de scheepsvaartroute. Beide factoren lijken de kans op incidenten dus te verkleinen.
Eerdere recente correspondentie over de Rode Zee lees je hier: Duizend mijlen, bommen en granaten en Als proefkonijn door de Rode Zee.
Tekst: Correspondent Overzee Greetje Tops, Sailing Black Moon
Omslagfoto: Het Nederlands oorlogsfregat Karel Doorman passeert Black Moon in het Suezkanaal, op weg naar de Rode Zee voor een nieuwe missie ©sailingblackmoon
Al in de jaren 70 van de vorige eeuw voer Herman Jansen al via Zuid-Afrika! M.a.w. er is daar al jaren wat aan de hand. Natuurlijk moet je naar bewind van zaken handelen maar een ieder maakt toch echt zelfstandig de afweging om via de Rode Zee naar Europa terug te varen en dient daarvoor de consequenties te aanvaarden.
Patty,
Helemaal eens met “de consequenties aanvaarden”. Wat mij betreft heb je in voorkomend geval geen ‘recht’ op ondersteuning van een marine/coalitie-eenheid. Die hebben wel wat beters te doen, namelijk het garanderen van de vrije doorvaart voor de koopvaardij en (dus) het veiligstellen van onze wereldwijde economie en welvaart.
kleine correctie: De Karel Doorman is geen oorlogsfregat maar een ondersteuningsschip van de marine. Een zgn. Jointlogistic Support Ship JSS