Jaren geleden – we hadden net onze eerste kajuitboot bemachtigd – vonden we een haventje aan de Eem. Onze vaar- en zeilervaring was nog minimaal, maar we droomden van verre bestemmingen. Alle verhalen van wereldzeilers verslonden we, uren tuurden we naar zeekaarten of bladerden we in pilots en almanakken. En nu we een boot met een heuse kajuit hadden, behoorden lange tochten tot de mogelijkheden. Dachten we.
Het kwam er toen niet van. Zodra we op de buitenboordmotor de haven uitvoeren, moesten we eerst een hinderlijke beweegbare brug nemen, daarna werden we soms bruut de kant ingedrukt door een vrachtschip en bijna aan de monding van de rivier moesten we nog om een pontje heen manoeuvreren. Als we dan eindelijk het open water van het Eemmeer voor ons zagen, spoedden we ons naar de Dode Hond waar we de rest van de dag doorbrachten. Meestal vonden we het te hard waaien om met ons bootje het ruime water op te gaan. We hadden gerede twijfel aan de zeewaardigheid van de oude zeilsloep en aan de zeevastheid van de bemanning. Van overnachten in het kale minikajuitje kon geen sprake zijn, dus tuften we aan het einde van de dag weer terug.
Uiteindelijk werd het allemaal beter. Er kwam een grotere boot, toen een nog iets grotere en zo ging dat met enige regelmaat door. Ook ons vaargebied paste zich geleidelijk aan. Immers, we bleven dromen van exotische bestemmingen. Na flink wat mijlen, enige schade en een beetje schande konden we die droom realiseren en meerden we na een prachtige tocht af in een Zuid-Europese haven. Toch lonkte ook daar weer de horizon. Die lichte onrust blijft blijkbaar altijd bestaan.
Veel zeilers kennen dat gevoel, slechts enkelen voegen de daad bij het woord. Een aantal van hen trof ik onlangs tijdens onze jaarlijkse ‘uitzwaaidag’ in Loosdrecht. Het was een gemêleerd gezelschap: zeilers op leeftijd die voor onbepaalde tijd vertrekken, gezinnen met kinderen die een rondje Atlantic gaan maken en jonge mensen die er een jaar tussenuit gaan om zich daarna weer op hun carrière te storten. Allemaal maken ze hun droom waar. Een van de deelnemers verwoordde het treffend: “Je moet er niet over zeuren. Als je echt wilt, moet je gewoon gaan.”
Cees van Dijk, Hoofdredacteur
Gepubliceerd in Zeilen 05-2013
Tags: Voorwoord Cees van Dijk Last modified: 26 april 2013