Actueel

Zeilen in een zee van ruimte

16:21

Ten zuiden van Athene ligt een veelzijdig vaargebied waar je als zeiler de ultieme zeilvakantie kunt beleven. In de warme Griekse zon verkennen we de Noordelijke Cycladen en de Saronische Golf op een 48-voets Moorings catamaran. Bijna al onze vooroordelen over toercatamarans gaan overboord in het glasheldere water.

De aanblik van de diepblauwe onbewolkte hemel boven Athene is eigenlijk al genoeg: het is vakantie. Ondanks de herfst vallen de mussen nog net niet van het dak als we na een wilde taxirit aankomen in Zea Marina in Pireaus, waar de 48-voets catamaran Lady Giri voor ons klaar ligt. We worden verwelkomd door Kostas, die hier de baas is. “Waar hebben jullie zin in?”, vraagt de tanige vijftiger, die als een trotse grootvader een indrukwekkende vloot charterschepen bestiert. “Beschut van baai naar baai? Klassieke Griekse tempels? Of willen jullie meer verschillende eilanden zien en mijlen maken?” In het kantoortje van The Moorings bij de haven neemt hij uitgebreid de tijd om ons te adviseren over het vaargebied. Er is veel om uit te kiezen, want zowel de Saronische en Argolische Golf als de Noordelijke Cycladen liggen allemaal binnen bereik in een week vakantie. Kostas kent de weg en geeft nuttige en waardevolle tips voor een week varen. De Noordelijke Cycladen, Kea en Kithnos zijn in het voor- en najaar heerlijk rustig en je vindt hier naast piepkleine havens prachtige ankerbaaien om je af te zonderen. Een oversteek vanuit Kithnos naar het westen brengt je in de levendige havens van de Saronische eilanden, zoals Hydra en Poros. Vandaaruit zijn er nog genoeg opties om terug te varen naar Piraeus. Kostas geeft ons aan de hand van het laatste weerbericht suggesties voor een mooie vaarroute en verklapt terloops ook nog even zijn geheime tips om tonijnen te vangen.

“Ik bedenk me dat ik vooral onder
de indruk ben van de boot en nog
amper om me heen heb gekeken”

Een paar honderd meter verderop wordt keihard gewerkt om onze boot te prepareren en als wij een paar boodschappenkarretjes proviand uit de naastgelegen supermarkt hebben ingeladen is het tijd voor vertrek. Maar hoe pak je zoiets aan? Lady Giri is zo overweldigend groot en luxe, dat het me even moeite kost me ervan te vergewissen dat het echt een boot is. Laat staan dat ik ermee durf weg te varen. We lopen verbaasd door het schip, dat vooral de indruk wekt een appartement in een wolkenkrabber te zijn. Maar dan met uitzicht op zee. Wat een ruimte! Vier tweepersoonskooien met elk een eigen badkamer, een salon als huiskamer met grote kombuis en allerlei apparaten die in het leven op de wal onmisbaar lijken, maar die ik, onwetend als ik ben, op een boot eerlijk gezegd nooit had gemist. Bijvoorbeeld airconditioning, een tv, een reus van een vriezer, een generator en natuurlijk een dvd-speler. En overal zit- en ligplaatsen. Het achterdek is overdekt met een vaste buiskap en ik dwaal nog vol ontzag rond als Dimitros zich meldt. Hij is de technische man die ons door de hele boot leidt om met een heel vanzelfsprekende oogopslag alles uit te leggen. “Ja, en als je dus op deze knop drukt wordt de bijboot te water gelaten.” Het is tijd om te vertrekken en desgevraagd vaart Dimitros even mee de haven uit om te laten zien hoe gemakkelijk de boot manoeuvreert. We oefenen een paar rondjes in de haven en dan stapt hij van boord en gaan we op weg.

Opnieuw leren zeilen

De Saronische Golf ligt ons geduldig op te wachten als we tussen de superjachten door de haven van Piraeus uitvaren. Witte kopjes krullen over het hardblauwe water door een frisse bries en we rollen maar meteen de genua uit. De motor – of eigenlijk alletwee de motoren – gaan uit en we varen meteen met ruim zes knopen ons Griekse avontuur tegemoet. Daar varen we dan! Op weg naar de Noordelijke Cycladen, zo hadden we bedacht. Na een paar mijl varen gaat ook het grootzeil maar eens omhoog. We zijn met zes man aan boord, waaronder drie fanatieke catamaranzeilers, maar niemand heeft ervaring op zo’n grote toercat als dit. We kunnen bij wijze van spreken niet wachten om een drijver uit het water te varen. De boot laat zich vanachter het roer bedienen. Alle lijnen, handels en lieren komen hier samen. Ik zit als een buschauffeur achter het roer en met de twee gashendels in mijn hand en mijn grote teen op het knopje van de elektrische lier manoeuvreer ik de boot in de wind. Negentig vierkante meter grootzeil gaat voor het eerst omhoog in de 23 meter lange mast. Vanaf de mast krijg ik aanwijzingen van Joost, want vanaf mijn stuurpositie kan ik niet alles zien. Als even later al het zeil staat vallen we af en gaat de motor weer uit. Euforie aan boord! Want wat in de haven nog op een appartement leek, is toch echt een zeilboot die autonoom door het water glijdt en de belofte in zich draagt die elke zeilboot kenmerkt: de vrijheid om te gaan en te staan waar je wilt. Na wat onwennig trimwerk lopen we al gauw acht knopen. Voor die snelheid is wel aardig wat wind nodig, nu zeventien knopen uit het noordwesten.

Aandacht

In de aangename stilte die volgt bedenk ik dat ik tot nu toe vooral onder de indruk was van de boot, maar nog amper om me heen heb gekeken. Griekenland schreeuwt om aandacht. Athene ligt als een toneeldecor in het warme avondzonlicht en de vrachtschepen die af- en aanvaren steken scherp af tegen de bergen van Methana op de achtergrond. Ons herfstkleed hebben we allang afgeschud, zelfs in de avondzon is het heerlijk warm. Heerlijke geuren komen uit de kombuis. Er wordt heerlijk gekookt terwijl we onder vol zeil op zee varen. Die twee rompen zijn zo gek nog niet.

Als de zon langzaam in goudkleur ondergaat zakt ook de wind weg. De snelheid neemt meteen af en een blik op de kaart leert ons dat we even moeten voortmaken om nog een geschikte ankerplek te bereiken voordat het helemaal donker is. Het grootzeil gaat naar beneden en op de motor cruisen we comfortabel met acht knopen de schemering in. We vinden een plekje bij het stadje Varkiza en laten het anker vallen in wat we vermoeden dat een mooie baai is. Dat zien we morgenochtend wel. De eerste sterren komen tevoorschijn terwijl we op het voordek genieten van een ankerbiertje. Het eten wordt hier ook geserveerd. We zijn nog maar een paar uur aan boord en als we al vooroordelen hadden over grote catamarans zijn die in snel tempo aan het verdwijnen. Wat went het snel, al die ruimte en luxe aan boord.

Volle kades

Ik ben vroeg wakker en kijk mijn ogen uit. Helderblauw water rondom: ik moet zwemmen! Met de snorkelset die aan boord is ga ik op zoek naar antieke amforen en andere bodemschatten. Ik zie echter alleen het anker liggen op acht meter diepte. Het is heerlijk om zo wakker te worden. Het is al snel 25 graden Celsius en de Nederlandse herfst is opeens ver weg. De wind steekt pas in de middag op en van zeilen komt ’s ochtends nog niet veel. Dat patroon ervaren we ook de rest van de week. De zon doet zijn best om onze bleke herfstneuzen te kleuren. Ons rondje ‘rechtsom’ vanuit Athene langs de Noordelijke Cycladen en via Hydra terug richting de Saronische Golf brengt ons langs de eilanden Kea en Kithnos. Deze twee schaars begroeide eilanden liggen als steenklompen in de zon, omzoomd door mooie baaitjes en een aantal stadjes waar de taverna’s direct aan de kade liggen. Die kades lopen elke avond vol met jachten. Nu, in het laagseizoen, is er zelfs voor ons nog plek als we na een lange dag zeilen en snorkelen in de schemering een haventje zoals Vourkari aanlopen. De eerste keer ‘in de laag’ ankeren is best spannend, want het voelt alsof je op de brug van een vliegdekschip staat te sturen. Het gaat best aardig, al komt er op het laatste moment nog een lijn in de schroef. Maar dan liggen we gelukkig al vast. Niet veel later zitten we nagloeiend van de zon achter een gegrilde vis aan een tafeltje met een geblokt kleedje. Het goede leven went snel, maar aan de zeilerij wennen kost meer tijd.

Snorkelstop

Als we de volgende ochtend langs de kale rotsachtige kust van Kea zuidwaarts varen, is de wind maximaal tien knopen uit het noorden en lukt het niet de boot aan de praat te krijgen. We zijn te zwaar en moeten het accepteren. Als we opeens een prachtig ankerbaaitje aan bakboord zien, is het snel duidelijk: dan maar een snorkelstop! Dit wordt het devies van de rest van de reis. We zeilen waar we kunnen en als de wind pal tegen staat of te zwak wordt gaat de motor aan of gaan we ankeren. Een mooi plekje is nooit ver weg.

Dat de catamaran op open zee en met wat wind ook best uit de voeten kan, merken we als we van Kithnos naar Hydra oversteken met wat meer wind. De boot blijft vlak en de kopjes blijven op tafel staan, ook als we met een rif in het grootzeil opsturen om een stukje hoog aan de wind te varen. Hydra komt met bijna negen knopen dichterbij en blijkt een parel van een haven op een prachtig en eigenzinnig eiland. We zijn na onze ‘oversteek’ weer in de Saronische Golf en dit deel is duidelijk veel groener en de havens liggen dichter bij elkaar en zijn levendiger. Op ons gemak scharrelen we tussen de prachtig groene eilanden en langs het vaste land van de Peloponnesos. Na Hydra is Poros een zeer populaire haven. Een paar dagen voor ons trok hier een zware onweersstorm over en zonken er twee jachten die met hun spiegels tegen de kant kapotsloegen op lagerwal. Een goede reminder om voldoende ketting te steken.

“Een mooi plekje is nooit echt ver weg”

In Epidavros ankeren we in de baai en bezoeken we het wereldberoemde amfitheater. Maar ons weekje loopt ten einde en hoe dichter bij de thuishaven Piraeus we komen, hoe duidelijker het wordt: dit vaargebied is te leuk en te veelzijdig om maar in één week te zien. Het is verbazingwekkend hoe snel deze catamaran van karakter kan veranderen tussen luxeappartement en zeilboot. En vooral in een zeilparadijs als Griekenland is dat een uitstekende eigenschap.

Gevaren route

Zaterdag: Athene (Piraeus Marina Zea) – Varkiza
Zondag: Varkiza – Sounio baai – Vourkari (eiland Kea)
Maandag: Vourkari – Evroskopos baai – Ormos Kolona (eiland Kithnos)
Dinsdag: Kolona – Merikha –
(oversteek) Hydra
Woensdag: Hydra – Mandraki baai – Poros
Donderdag: Poros – Yerolimani baai – Palia Epidavros
Vrijdag: Epidavros – Nisis Dhorousa – Piraeus

Boeken, kaarten en advies

Omdat je in dit vaargebied vanuit Athene veel keuzes hebt is het leuk om je vooraf vast wat te verdiepen in de mogelijkheden. Voor de voorpret thuis is de Vaarwijzer Griekenland, van Ben Brunet de Roche-brune (uitgeverij Hollandia), geraadpleegd. De briefing bij aanvang is zeer uitgebreid en nuttig. Op basis van de plannen en ambities van de bemanning en de weersvoorspelling krijg je goede suggesties van de lokale kenners. De jachten van The Moorings zijn voorzien van de laatste Imray kaarten en een gloednieuwe Imray Greek Waters Pilot, van Rod Heikell.

Tips en trucs: Ankeren in de laag

Vaste prik in veel Griekse haventjes is ankeren ‘in de laag’ met de spiegel naar de kant. Met deze grote catamaran is dat niet moeilijker dan met een monohull. Zet je roer vast en stuur met de motorhandels. Neem een mooie aanloop en stuur langzaam maar gestaag achteruit richting de kade. Op vier scheepslengtes (en dat is 60 meter!) van de kant laten de voordekkers het anker vallen, terwijl de stuurman onverminderd op koers blijft en zachtjes achteruit vaart. Blijf ketting geven totdat je bijna bij de kade bent. Knoop achterlijnen vast aan de kant en neem net zolang ketting in totdat de boot stabiel tussen het anker en de achterlijnen ligt. Op een grote catamaran kan de stuurman de uiteinden van de boot nauwelijks zien, dus praat goed met elkaar. Vooral bij sterke zijwind kan het koers houden lastig zijn. Neem je tijd en schaam je niet om weer ankerop te gaan en het nogmaals te proberen. Zolang als nodig is. Je hebt vakantie en mits zonder geschreeuw en gevloek uitgevoerd is het een leuke oefening. Door de dubbele motoren manoeuvreert de catamaran gemakkelijker dan je zou verwachten.

Specificaties Moorings 4800 catamaran

Lengte: 14,75 m
Breedte: 7,64 m
Diepgang: 1,4 m
Waterverplaatsing leeg: 14,5 ton
Motoren: 2 x Yanmar 57 pk
Grootzeil: 90 m2
Genua: 53 m2
Watertanks: 780 liter
Dieseltanks: 700 liter

Voor wie is dit jacht?

Toegegeven: we zaten vol vooroordelen over een toercatamaran van dit formaat. In Nederland zouden we er niet zo snel een zeiltocht mee gaan maken. In een zonnig chartergebied met een veelheid aan ankerbaaien en havens is dat echter andere koek en komt deze boot veel beter tot zijn recht. Met vier dubbele hutten met elk een eigen douche/toilet en een reusachtige salon over de hele breedte van het brugdek met uitzicht rondom kan het niet op qua ruimte. Zowel voor-, achter- als bovendek zijn gigantisch en overal zijn zitjes, hoekjes en hangplekjes. Ideaal als je met een groot gezelschap wilt genieten van de zon en het water. Door alle ruimte kun je ervoor kiezen je volledig aan het zeilproces te onttrekken. Hoewel je de zeilerij en het manoeuvreren van deze boot snel onder de knie hebt, is een grote toercatamaran niet voor iedereen weggelegd. De boot heeft aardig wat wind nodig (ca. 10 knopen) voordat hij wat vaart krijgt, en veel hoger dan 55 graden aan de wind zul je in de praktijk niet varen. Als je geen haast hebt is dat nauwelijks een probleem, maar willen jij en je hele gezelschap volop zeilen en irriteer je je als je een bepaalde bestemming niet onder zeil kunt bereiken? Dan is een monohull misschien meer je ding. Ben je een zeiler die ook veel niet-zeilers wilt laten kennismaken met de onbeperkte vrijheid, de prachtige natuur en de geneugten van het leven aan boord dan is een grote toercat als dit een fantastisch platform. De zeilers kunnen lekker zeilen en er is plek genoeg aan boord voor de niet-zeilers om zich te vermaken zonder dat je elkaar in de weg loopt.

Voordelen:

• Geschikt voor groot gezelschap, veel ruimte voor iedereen.
• Gemakkelijk manoeuvreren, comfortabel en snel motoren
• 5 Douches aan boord en sanitair in overvloed. Ook bij slecht weer is het aan boord goed uit te houden.
• Ideaal platform voor zwemmen, vissen en duiken.
• Vrijwel geen helling, comfortabel voor iedereen aan boord, weinig zeeziekte.

Nadelen:

• Minder zeilgevoel en prestaties bij licht weer.
• Het grootzeil is lastig te zien vanuit de cockpit.
• De aandewindse eigenschappen maken dat bestemmingen vaak niet bezeild zijn
• Veel massa en veel windvang.

Informatie

Het vaarseizoen in de Saronische en Argolische Golf loopt van april tot en met eind oktober. In de zomermaanden kan er regelmatig een stevige noordelijke wind, de Meltemi, waaien.
De door ons gevaren catamaran werd beschikbaar gesteld door The Moorings, die vanuit Zea Marina in Piraeus opereren.
www.moorings.com

Klassiekers

Tempel van Poseidon, Kaap Sounion. De oorspronkelijke tempel op deze plek werd in 480 v. C. vernietigd door de Persen. De huidige tempel stamt uit 440 v. C. en torent prachtig boven de baai uit en heeft een ‘commanding view’ over de Saronische Golf. Een excursie naar de tempel is vanaf de ankerplek snel gemaakt en de zonsondergang vanaf de heuvel is adembenemend.

Epidavros Amfitheater

Het amfithetaer van Epidavros is een bezoek meer dan waard. Het theater stamt uit ongeveer 400 v. C. en is het best bewaard gebleven amfitheater in Griekenland. Het 14.000 plaatsen tellende theater heeft een tijdloze schoonheid en is vermaard om zijn akoestiek. Je kunt vanaf de bovenste rij zonder versterking een munt op de begane grond horen vallen. In de zomer worden hier op vrijdag en zaterdag Griekse drama’s opgevoerd. Het amfitheater ligt op 14 kilometer van Palia Epidavros en is gemakkelijk per bus of taxi te bereiken.

Een tafel aan het water

Verse vis, geroosterd vlees, Griekse salade, gebakken fetta, moussaka en souvlaki geserveerd op een tafeltje aan het water, met pils of een glaasje lokale wijn. We kunnen er eigenlijk geen genoeg van krijgen. Je kunt in dit vaargebied met gemak van terras naar terras varen en je elke avond laven aan de Griekse keuken en wijnkelders, terwijl je je ankerlichtje vlakbij ziet dobberen. Vooral op de Saronische eilanden zijn de havens dicht bij elkaar. In het hoogseizoen kan het erg druk zijn en zijn plekjes aan de kade schaars, vooral als je bijna zeven meter breed bent. Dan is het fijn om te weten dat ankeren met deze boot een genot is en de bijboot je graag naar de kant brengt.

Tonijnen vangen

Een in glashelder water zwemmende vis die uit de onpeilbare diepten omhoog komt om zich te verslikken in jouw lokvisje maakte naast veel adrenaline ook het jagersinstinct los bij onze bemanning. Ook al was de vangst uiteindelijk niet groter dan dertig centimeter, het vissen levert een hoop plezier op. In elk Grieks dorp kun je visgerei kopen en alle locals geven je desgevraagd van harte advies over hoe en waar je het beste kunt vissen. Wij sleepten een aantal lijnen op ongeveer dertig meter achter de boot aan met verschillende lokvisjes en vingen uiteindelijk één bescheiden tonijntje.

(c) Tekst Ben Rutte Foto’s Marc Evers en Ben Rutte

 

Ook geïnspireerd geraakt?
Boek je volgende chartervakantie hieronder:

Last modified: 23 december 2019
Sluiten