Actueel

Haal meer uit je zeilen

12:53

Doek dat door je handen glijdt en dat knispert wanneer je het omhoog hijst. Wind erin en gaan! Het lijkt zo simpel, maar die lappen aan je mast bevatten vele geheimen. Hier onthullen we er achttien.

Tips & trucs over de motor van je boot

Goede spleet tussen fok en grootzeil.

1. Hoe weet, zie of voel ik wanneer mijn zeil uitgezeild is?
We gaan ervan uit dat je zeilstand goed is en dat je de hoeveelheid zeil aanpast aan de windkracht. Wanneer je boot dan toch niet doet wat jij wilt, is er misschien sprake van vormverlies van je zeilen. Zeilen rekken in de loop der jaren en verliezen langzaam hun vorm. Dat is een geleidelijk proces en valt daarom niet meteen op. Op enig moment zijn je zeilen niet meer in de goede vorm te trimmen en ben je toe aan een setje nieuwe. Dat moment is daar wanneer de bolling van je zeil te veel naar achteren is verschoven en je die bolling met trimmen niet meer op de juiste plek krijgt. De bolling van je voorzeil zit normaal op maximaal 35 procent vanaf de voorstag, die van je grootzeil op maximaal 45 procent vanaf de mast.
Je kunt het vaak ook zien: ga aan de wind varen, zet je zeilen goed, ga aan loef midden onder de giek staan en kijk naar boven. Zitten er trimstrepen in je zeil, dan valt nog beter op waar de bolling precies zit.
Je kunt het ook voelen: voel je te veel roerdruk, helt je boot meer dan voorheen, wordt hij loefgieriger en moet je eerder reven, dan zou je grootzeil wel eens uitgezeild kunnen zijn. Je voorzeil is te ruim wanneer je aan de wind minder hoog kunt zeilen, terwijl je het wel zo optimaal mogelijk hebt getrimd.
Moet je dan nieuwe zeilen kopen? Nee, zeker niet. Wanneer je genoegen neemt met minder snelheid en eerder reven, dan kun je prima doorvaren met zeilen die kwalitatief nog goed zijn. Ze functioneren alleen niet meer optimaal.

2. Hoe werken voorzeil en grootzeil het beste samen en hoe zie ik dat?
Je zeilt aan de wind. Het achterlijk van je genua staat zoveel mogelijk parallel aan het grootzeil. De wind die de achterkant van de genua verlaat, verstoort op deze manier de windstroom langs het grootzeil zo min mogelijk. De wind moet zoveel mogelijk ‘plakken’ aan je zeil, dat heet laminaire stroming. Laat de wind los, dan ontstaat er turbulentie en die is nadelig voor je voortgang. De wind die de genua verlaat, mag dus niet je grootzeil aan lij laten killen. En hoe meer wind, hoe breder de spleet. Wanneer je aan lij in het gangboord staat en je kijkt langs je grootzeil naar voren, dan kun je duidelijk zien of je voorzeil parallel aan het grootzeil staat of niet. Ook al is dat het geval, dan nog kan het voorzeil wind vasthouden waardoor het grootzeil verstoord raakt. Controleer ook het reguleerlijntje: staat deze te strak, dan gaat het achterlijk naar binnen staan en wordt het voorzeil een windvangzak. Zeil je met een overlappend voorzeil, dan is dat ‘terugbollen’ van het voorlijk onvermijdelijk en niet erg. Of zoals de Engelsen treffend zeggen: Trim the front of your jib and the back of your main.

Rol-reefgenua.

3. Mag ik de rolfok een stukje inrollen als het harder waait, of raakt mijn zeil dan uit vorm?
Wanneer je een paar mijl voor de haven bent en je krijgt een bui met veel wind over je heen, dan kun je gerust de genua even inrollen. De vorm van je zeil is dan minder goed, maar veilig en comfortabel de haven bereiken gaat voor. Wil je langere tijd met een ingerolde genua zeilen, zorg er dan voor dat je een rol-reefgenua hebt. Deze genua is ervoor gemaakt om ook iets ingerold goed van vorm te blijven. Het voorlijk van je genua is enigszins hol gesneden. Als je die holte op een ‘stok’ rolt die overal even dik is, dan verfrommelt je doek. Op een rol-reefgenua zit op het voorlijk, verticaal, shape tape. Daarmee wordt de genua iets dikker, waardoor die shape tape de ruimte opvult die ontstaat als je gevormd doek oprolt. Daarnaast zijn de verstevigingen op een rol-reefgenua bij de halshoek en de tophoek langer, zodat de krachten op het zeil ook in opgerolde vorm nog goed opgevangen worden. Van een rol-reefgenua kun je maximaal een derde van het doekoppervlak wegrollen. Let op, dat is niet gelijk aan een derde van het onderlijk inrollen. Je kunt een rol-reefgenua wel verder inrollen, maar dan verliest hij zijn vorm en sterkte.

Grootzeil onder een luchtdoorlatende huik.

4. Je komt thuis in de haven met natte zeilen. Hoe berg je ze het beste op?
Natte zeilen kunnen gaan broeien wanneer de zon erop schijnt en als het vocht dan niet weg kan, krijg je het weer erin. Dat is puur een cosmetisch probleem, de zeilen gaan er niet van rotten. Ligt de boot onder een boom of in een gebied met veel luchtvervuiling, dan is de kans op weer in je zeil groter. Zeilen nat opbergen is dus niet goed, maar natte zeilen onbeschermd achterlaten is nog erger: bescherm ze dus altijd met een huik of hoes. Meestal gaat nat weer samen met veel wind. Een rolgenua die je oprolt met veel wind, is erg strak opgerold. Je kunt het oprollen het beste nog even over doen wanneer je in de luwte ligt, vaak in de haven. Rustig oprollen zorgt ervoor dat er meer lucht tussen de lagen zit. Een natte rolgenua kan dan beter ademen.
Dacron-zeilen kunnen beter tegen vocht dan laminaatzeilen. Dacron is wat minder (snel) gevoelig voor schimmels en het weer. Een genua met een eigen uv-beschermingsrand op het achter- en onderlijk kun je ook zonder hoes een week opgerold achterlaten.
Een maindrop huik (die vast zit aan de giek) wil nog wel eens water vasthouden, ook al zie je nu ook huiken met gaas in de onderkant voor waterdoorlating. Leg het zeil losjes in de huik en doe de rits dicht. Een huik die je boven over je zeil heen legt en aan de onderkant vastklikt of vastknoopt, laat meestal voldoende lucht door. Je kunt je zeil wel een week zo laten zitten, als je het tenminste niet te strak op de giek bindt met zeilbandjes. Kom je langer niet aan boord, kies dan een andere oplossing voor het behoud.
Heb je een voorzeil met leuvers dat is nat geworden? Spreid het dan onderdek uit. Wil je liever niet dat alles in de kajuit vochtig wordt, neem dan het zeil mee naar huis om daar te drogen.

De zeilen staan hier goed op spanning. Zorg ervoor dat de spanning eraf is wanneer je de zeilen opdoekt.

5. Zeilen staan onder spanning. Moet die spanning eraf in ruste?
Een fok met leuvers en een grootzeil met karren laat je zakken. Een leuverfok is dan ontspannen. De onderlijkstrekker van het grootzeil vier je wat op, zodat ook daar de spanning af is. Heb je een rif gestoken, dan ontspan je dat in de haven. Dat is beter voor het behoud van je zeilen.
Het voorlijk van een rolgenua ontspan je het liefst ook. De topwartel van je rolsysteem kantelt een beetje als die onder spanning staat. Haal je de ergste spanning eraf, dan gaat het inrollen vaak ook gemakkelijker. Wederom geldt: heb je je genua met harde wind opgerold, doe het dan nog een keer opnieuw in de haven. Het zeil is dan losser opgerold, waardoor de kans dat nare plooien voor altijd zichtbaar blijven, afneemt.

Sterk gepeilde zalingen prikken in het grootzeil op ruime koersen.

6. Bij ruime wind zitten gepeilde zalingen in de weg. Wat kun je dan het beste doen?
Op een boot met sterk gepeilde zalingen, zijn die zalingen duidelijk zichtbaar in het grootzeil, vaak vanaf ruime wind. Veel zeilers hebben dan de neiging hun grootzeil niet al te ver uit te vieren, maar daarmee beperken ze de maximaal haalbare snelheid. Laat het zeil dus goed vieren, zodat vanaf ruime wind de wind haaks op de giek staat. Zet de neerhouder goed door om de twist in het grootzeil te beperken. Dat scheelt schavielen bovenin.
Geheel doorgelatte grootzeilen hebben meer last van gepeilde zalingen dan zeilen met kortere latten. Zeilmakers zullen er zoveel mogelijk voor zorgen dat de zeillatten van volledig doorgelatte zeilen niet ter hoogte van de zalingen zitten.
Bescherm de uiteinden van je zalingen met iets zachts, bijvoorbeeld een leerbescherming. Je zeilen willen ook nog tegen het want aan schavielen. Dat ga je tegen door een schurftplatting (ook wel bekend als slapping of kunstmatige bontstaarten) om je stagen te doen.
Gebruik een nieuw zeil eerst een seizoen. Daarna zie je prima waar de zalingen het meest in je zeil prikken. Ga na het seizoen terug naar je zeilmaker om er verstevigingen in te laten zetten.

Grootzeil met losse broek.

7. Wat is beter: het onderlijk inscheren in de giek of juist een losse broek?
Een losse broek! Dit heeft een behoorlijk aantal voordelen. Let op, je zeil moet er wel voor gemaakt zijn. Heb je een grootzeil met pees, scheer die dan gewoon in de giek in.
Grootzeilen met een losse broek zijn beter te trimmen en worden niet gehinderd door een pees die niet naar voren wil opschuiven. Daarnaast kun je een zeil met losse broek veel makkelijker aan- en afslaan. De onderlijksectie van huidige grootzeilen is vlakker dan vroeger en dat komt beter tot zijn recht wanneer het onderlijk los van de giek staat. Het onderlijk van een ingeschoren zeil trek je strak en vlak, waardoor daar net boven een soort zak ontstaat. Dat gedeelte van het onderlijk draagt niet meer bij aan de voortstuwing.
Bij moderne reefsystemen zit de smeerreep vast om de giek en loopt dan door een schoothoekoog via een blok naar voren. Vroeger zat er een beslag op of onder de giek als start voor de smeerreep. In een ingeschoren grootzeil moet in het onderlijk voor elk rif een extra gat zitten, zodat de smeerreep om de giek kan worden vastgemaakt. Met een losse broek heb je daar geen last van.

Dacron met horizontale banen haaks op het achterlijk.

8. Coating op zeilen kan breken. Hoe houd ik een zeil met coating zo lang mogelijk goed?
Over het algemeen geldt: ga netjes met je zeilen om, doek ze niet te strak op en laat ze niet onnodig klapperen. Hoe harder het doek of een laminaatconstructie is, hoe gevoeliger het is voor breuk. Laminaten kunnen op zich prima gevouwen worden (niet te strak), zonder dat er breukjes ontstaan. Hard gecoate Dacron-wedstrijdzeilen voor eenheidsklassen kun je beter oprollen. Laminaatzeilen hebben over het algemeen een goede vormvastheid die ze behouden tot vrijwel het eind van hun levensduur. Ze worden niet instabiel door vouwen.

3Di-zeilen vormen een mix tussen Dacron- en laminaatzeilen. 3Di is een composiet, waarbij de vezels in verschillende richtingen op elkaar worden gelegd in meerdere lagen. De lagen worden aan elkaar ‘gebakken’ en zijn niet ingepakt tussen twee Mylar-films. Een 3Di-zeil is eigenlijk een Dacron-zeil uit een stuk. Ook hiervoor geldt dat je ze niet te strak moet opdoeken.

9. Zijn tweedehands zeilen een goed alternatief?
Het antwoord hierop is ja én nee. Wanneer je een zeil tegenkomt met weinig zeiluren, wat precies op jouw boot past en wat zeer aantrekkelijk geprijsd is, dan moet je ze niet laten liggen. Algemeen geldt: de kans dat je voor een tweedehands voorzeil slaagt, is groter dan voor een grootzeil. Een grootzeil heeft twee maten die precies moeten passen: onderlijk en voorlijk. Bij een voorzeil zijn de lengte van je voorlijk bepalend én de lengte van je schootrail. Kun je alleen met een keerfok zeilen, dan is de lengte van het onderlijk ook sterk bepalend.
Een gennaker of ander bijzonder voorzeil dat incidenteel wordt gebruikt aan boord, zou je tweedehands kunnen aanschaffen. De kans dat daar een goed exemplaar tussen zit, is vrij groot. Zie je een grootzeil of basis-genua te koop aangeboden, vraag je dan meteen af waarom de eigenaar ervan af wil. Deze veelgebruikte zeilen zijn vaak al voorbij hun vormduur. Maar, ook hier kun je een buitenkansje treffen: een nieuw zeil dat niet is afgenomen of een zeil dat na een paar keer gebruiken toch niet beviel. Zogenaamde occasions: niet nieuw en nog niet (of zeer weinig) gebruikt.
Zie je een zeil dat kwalitatief nog goed is (lees: weinig slijtage en goede stiksels) maar dat verbouwd moet worden om het passend te maken, denk dan heel goed na. De uren die een zeilmaker in het passend maken moet steken, zorgen ervoor dat het voordeel dat je dacht te behalen behoorlijk kleiner wordt. Hierbij geldt wel: inkorten is makkelijker dan smaller maken.

10. Zijn mijn zeillatten op enig moment aan vervanging toe?
Nee, in principe slijten de latten in je zeil niet, maar er zijn wel verschillende soorten en maten latten op de markt met verschillende eigenschappen. Zeilen die een te diep profiel hebben gekregen, kun je voorzien van wat stijvere zeillatten. Dan blijft zo’n zeil nog eventjes iets vlakker. Stijve latten bij een volledig doorgelat zeil hebben meer effect dan kortere zeillatten. Maar, in alle gevallen geldt dat het uitstel van executie is: je zeil is aan het eind van zijn vormduur.

Doekmateriaal.

Krachten op triradiaal laminaat.

11. Welk doekmateriaal past het beste bij toerzeilers?
Voor toerzeilers is Dacron het best geschikt. Maar je hebt Dacron en Dacron: er bestaan tal van verschillende gewichtsklassen en kwaliteitsklassen. Dacron is doek van geweven polyestergarens. Die garens heb je in verschillende diktes, breeksterktes, weerstand tegen vervorming en kwaliteit. Ook de manier van weven kan opener of juist veel compacter, dus dichter zijn. Hoe meer ruimte er tussen de garens zit, hoe meer rek er in het doek zit.
Het belangrijkste bij de keuze van de doeksoort, is hoe je je boot gebruikt. Vaar je vooral tot windkracht 4 op het binnenwater, dan voldoet goedkoper doek prima. Ben je veel te vinden op het IJsselmeer en Wad en ontkom je dus af en toe niet aan meer wind, dan heb je dichter geweven doek nodig van zwaardere garens. Voor kustzeilen en een oversteek naar Engeland of Scandinavië gelden weer zwaardere eisen.
Elk geweven doek is geïmpregneerd en voorzien van een finishlaag. Het gaat om de kwaliteit en de duurzaamheid van de finish en over er componenten in de finish zitten die zorgen voor een betere uv-bestendigheid. Conventioneel geweven inslag-georiënteerd doek moet in een crosscut snit worden toegepast. De compactheid van het weefsel bepaalt de weerstand tegen vervorming in de diagonaalrichting en daarmee de levensduur qua vorm bij zo’n crosscut snit.
Ook Dacrons kunnen in een triradiale snit worden gebruikt (waarbij de banen in drie trekrichtingen lopen), maar dat vraagt om een speciale ketting-georiënteerde weving. Met een laminaatconstructie is dit eenvoudiger en beter te bereiken. De keuze voor een 100 procent geweven constructie kan bewust zijn, omdat het een langere technische levensduur heeft dan een laminaatconstructie.
Zeilen maken is een vak waarvan voor de zeiler niet altijd te zien is welke kennis erachter schuil gaat. Ga in gesprek met een zeilmaker en vertel wat je met je boot wilt doen. Een zeilmaker kent de markt en weet welke doeksoorten er te koop zijn.

12. Waar moet de bolling van je zeil zitten op een aan de windse koers?
Algemeen geldt: het voorzeil zorgt vooral voor de voortstuwing en het grootzeil voor de balans en niet teveel roerdruk. Je zeil is een enigszins bol stuk doek. De profieldiepte van een je zeilen ligt tussen de 10 en 20 procent. De plaats en maximale diepte zitten grotendeels in je zeil; de zeilmaker heeft ze voor (of met) je bepaald en erin gemaakt. Aan de wind wil je graag dat de grootste bolling in de genua ongeveer 30 tot 35 procent vanaf de voorstag zit. Bij je grootzeil mag dat op 45 procent van de mast zitten. De profieldiepte van je grootzeil kun je nog aanpassen met de onderlijkstrekker en je cunningham hole voor de spanning op je voorlijk. Met valspanning en cunningham hole kun je de bolling meer naar voren of naar achteren verplaatsen. De mastbuiging bepaalt de hoeveelheid bolling. Met de onderlijkstrekker voor je grootzeil maak je je zeil ook nog vlakker of boller, maar dat geldt alleen voor de een derde van de onderkant van je zeil. Met de schootspanning zorg je voor meer of minder twist op een aan de windse koers.
Bovenin je grootzeil valt de wind ruimer in dan onder. Daar wil je dat het zeil meer loost, waarvoor je de traveller wat naar lij moet zetten. Bij de genua creëer je twist door je lijoog wat meer naar achteren te plaatsen, zodat je meer kracht op het onderlijk uitoefent dan op het achterlijk. Uiteraard is de juiste zeilstand ook van groot belang. Kijk daarvoor naar je telltales. Die moeten aan de lijzijde mooi horizontaal met de wind meewaaien. Hoog aan de wind staan de telltales iets omhoog. Bij veel wind staat alles behoorlijk strakker, dan bij weinig wind, ook al zijn hierop uitzonderingen te bedenken.

Vertrekkers hebben baat bij robuust materiaal.

13. Voor vertrekkers: mogen je zeilen weken achtereen omhoog staan?
Uv-straling en slijtage zijn de grootste vijanden van zeilers op wereldreis. Waar de zeilen de stagen raken, is de kans op slijtage het grootst. Je kunt je stagen extra beschermen, maar juist ook je zeilen. Op schavielplekken zit vaak een extra laag doek. Vooral daar waar de zeillatzakken tegen de stagen aankomen, is extra bescherming nodig. Zeilmakers voorzien de zakken van webbingband, zodat de zak en lat beschermd zijn.
Vertrekkers hebben baat bij robuust materiaal. Goed geweven Dacron is robuuster dan laminaat. Let erop dat op kritische punten webbingband wordt gebruikt dat goed bestand is tegen uv. Spectra webbing is bijvoorbeeld veel beter bestand tegen uv dan polyester webbing. Verstevigingen op kritische punten worden vaak vergeten, maar je wilt niet dat de webbingbandlus voor de bevestiging van de top verzwakt en het uiteindelijk begeeft, waardoor je zeil plots naar beneden valt. Er bestaan ook garens met een speciale afwerking die langer meegaan. Geef vooraf duidelijk aan de zeilmaker aan waarvoor je je zeil hoofdzakelijk gaat gebruiken, daar zul je een hoop plezier van hebben.

Rolfok met verticale zeillatten.

14. Wat zijn de voor- en nadelen van rolzeilen?
Het voordeel van rolzeilen zit hem in het gemak van zetten en wegnemen. De vorm van vooral rolgrootzeilen is tegenwoordig beter dan tien jaar geleden. Met verticale zeillatten kunnen zeilmakers goede rolgrootzeilen snijden en naaien. Ze komen daarmee al dichtbij conventionele zeilen.
Voor een rolgrootzeil is een dikkere (en dus zwaardere) mast nodig. Dat heeft impact op de stabiliteit en je zult waarschijnlijk sneller moeten reven. Gelukkig kan dat traploos met een rolgrootzeil. De dikke mast zorgt wel wat langer voor verstoring van de wind die langs het voorlijk waait, maar je kunt niet alles hebben.
Opbergen is eenvoudig en je hebt geen huik nodig. Zie verder vraag 3, 4 en 5.

Stand van de voorstag: slap en strak.

15. Wat is het belang van een strakke voorstag?
Een strakke voorstag heeft een aantal voordelen. Allereerst worden de voorzeilen ontworpen op een voorstagspanning die past bij zo’n 70 tot 80 procent van de spanning die op de voorstag kan worden gezet. Wanneer je voorstag niet binnen dat bereik staat, haal je niet het optimale uit het ontwerp van je zeil. Dit telt vooral bij behoorlijke windkracht. Daarnaast geldt dat wanneer je aan de wind zeilt en je voorstag te slap staat, je behoorlijk wat hoogte verliest. Een slappe voorstag zorgt er ook nog eens voor dat de bolling in je zeil verder naar achteren en naar buiten komt te liggen, wat voorwaartse snelheid scheelt.
Hoe minder wind, hoe losser je je voorstag kunt trimmen. Zo haal je met een zeil dat ontworpen is voor een strakke voorstag toch meer snelheid uit de boot. Een strakke voorstag is ook veiliger, zeker op zee: alles wat aan boord kan bewegen, beweegt mee als je klappers in de golven maakt. Met een slappe voorstag heeft de mast meer te lijden, omdat die dan gaat pompen.

Luchtig opdoeken en de zeilbandjes er niet te strak omheen knopen.

16. Wat moet ik zeker doen bij het opdoeken van zeilen om ze lang goed te houden?
Luchtig opdoeken en de zeilbandjes er niet te strak omheen knopen. Je wilt zo weinig mogelijk kreukjes in een zeil, je wil dat het kan ademen en je wilt niet dat er plooien in komen die blijven zitten. Voor een grootzeil geldt daarom: leg het voorlijk netjes in ruime lussen neer en trek het zeil aan het achterlijk naar achteren en leg het in ruim liggende plooien over de giek.
Voor rolzeilen geldt: langzaam en beheerst oprollen, zodat er geen plooien in komen en het zeil kan blijven ademen.
Haal je zeilen ’s winters van je boot. Leg ze uit en vouw of rol ze daarna op. Leg ze niet altijd in dezelfde vouw, want dan gaat het zeil daar uiteindelijk scheuren.

17. Kun je je oude zeilen ‘beter’ laten maken? Is zeilregeneratie een goede optie?
Oude zeilen zijn vaak zeilen aan het eind van hun vormduur. Klapperende lijken kun je nog wel laten behandelen, zodat je Dacron-zeilen nog een seizoen mee kunnen. Versleten stiksels kun je opnieuw laten stikken. Zeilregeneratie is alleen van toepassing op Dacron-zeilen, maar of deze manier van herstellen de beste keus is, hangt af van je eisen. Besef dat je vervanging van je zeilen aan het uitstellen bent.

Inmeten van een nieuwe genua.

18 .Hoe lang gaan zeilen mee?
De technische levensduur van zeilen ligt op wel vijfentwintig jaar, maar de vormduur is veel korter. Een toerzeil van Dacron gaat bij gemiddeld en goed getrimd gebruik ongeveer de helft van de tijd mee. Een genua heeft meer te lijden van klapperen, rollen en een achterlijk dat tegen obstakels op de mast slaat. Na twaalf jaar ben je wel toe aan een nieuwe: te veel slijtage en de vorm is eruit. Een goed behandeld grootzeil, gemiddeld gebruikt en van goede kwaliteit wil na vijftien jaar worden vervangen. Een zeilmaker is altijd bezig om de vormduur zo dicht mogelijk bij de technische levensduur te krijgen.
Gemiddeld kost een nieuw grootzeil 120 euro per vierkante meter, voor een genua ben je 90 euro per vierkante meter kwijt. Dit zijn richtprijzen.
Het maakt uit waar zeilen worden gemaakt. In het buitenland kan dat goedkoper dan in Nederland. De lonen zijn er lager en dat is gunstig voor je portemonnee. De aansturing van een buitenlandse zeilmaker is lastiger, de kwaliteit wisselt, welk doek er precies gebruikt wordt is niet altijd bekend en het vervoer van je zeil is minder milieuvriendelijk. Er zijn veel keuzes te maken. Laat je adviseren en bedenk dat goedkoop in deze markt duurkoop kan zijn.

Vraag onbeantwoord?
Staat jouw vraag er niet tussen? Stuur die dan naar info@zeilen.nl en dan gaan wij hoogstpersoonlijk achter het antwoord aan.

 

Met dank aan Renze Runia van UK-De Vries Sails en Nic Bol van North Sails voor hun expertise en tijd

(c) Tekst Klaas Smit / Foto’s Klaas Smit, Marinus van Sijdenborgh, Ben Rutte, Armory Ros, Ineke Berkel, Marleen Pigeaud

Zoek je ook een zeilmaker, bekijk ze hier:

Quantum Sails
InSails 
UK de Vries
SuperSailstore

Last modified: 19 december 2022
Sluiten