Reisverhalen

Column Anna: Losrukken

09:40

Met een strakke kop loop ik met nijdige stappen van de buurtsuper naar de jachthaven. Wat doen we onszelf weer aan? We genieten van de mix van zeilen en landreizen, maar waarom is het dan toch elke keer zo moeilijk om weer afscheid te nemen en op pad te gaan? Ik voel de mix van verdriet over het afscheid, spanning voor het vertrek en nieuwsgierigheid naar de nieuwe bestemmingen door mijn ziel woelen. Het verse brood knappert in mijn tas en ik stop even om er en stukje af te breken. Heerlijk. Als ik opkijk, vallen de zonnestralen op mijn gezicht en zie ik het uitzicht waar ik de afgelopen maanden zo gelukkig van geworden ben: de Golden Gate Bridge en de Bay Bridge glinsteren in de zon. Harde wind uit het noordwesten, dikke golven in de baai. Na dit front gaan we op pad. Denken we. De tergende onzekerheid over de baan van de volgende depressie houdt ons nog een paar dagen hier. Wat rustiger loop ik het laatste stuk naar de haven.

Wietze heeft de fietsen plat op de steiger gelegd en smeert alles nog even goed. Die verdwijnen voor een paar maanden in het vooronder. Ik hoor de telefoon piepen. Een appje van Marieke, onze walkapitein. Op het scherm zie ik een scan van een brief die snel om actie vraagt. Vlug start ik de laptop op en ga aan de slag. Als we hier vertrekken, rukken we heel wat dingen los. Onder andere een goede internetverbinding. De komende maanden zullen we het zonder uitgebreid internet moeten stellen. De boosterantenne heeft ons in de afgelopen maanden weer uitstekende diensten bewezen. Filmpjes kijken, handige programaatjes downloaden. Ook het telefoonabonnement is opgezegd. Dat is op zich niet erg, met een beetje vooruitdenken kun je veel van te voren opzoeken of regelen. Maar niet alles. Daarom zijn we innig dankbaar dat onze walkapitein onze ogen en oren in Nederland is, nu al bijna vier jaar. Zij houdt een oogje op de post en de regeldingen die we niet digitaal kunnen doen, zeker als we niet altijd toegang tot internet hebben. Toen we een tijdje geleden met haar hulp weer eens iets opgelost hebben, grinnikte Wietze: “eigenlijk maken we de reis met z’n vieren: Anna Caroline, Marieke en wij”.

We rukken ook de elektriciteitskabel los. Daar ben ik erg blij om: het was een sta-in-de-weg in de kuip. Amerika is één van de weinige landen die 110 volt stroom biedt. Wij hebben onze boot op 12 volt ingericht, met een omvormer die van 230 volt walstroom netjes 12 volt kan maken om de accu’s te vullen. In de VS stonden we voor de keuze: er een omvormer bij hangen die van 110 volt naar 230 volt de boel om kon zetten? Die bleken best kostbaar te zijn. Dus een snel rekensommetje leerde dat we met een huis-tuin-en-keuken verlengsnoer, een kacheltje, auto-acculader en waterkoker veel goedkoper uit waren. En het werkte prima. Als dat allemaal losgekoppeld is, gaat het naar een buurman. Die is er alvast blij mee. De Amerikaanse gasfles, die we kochten omdat onze Europese flessen hier niet gevuld kunnen worden gaat wel mee. Daar maken we onderweg vast wel iemand anders blij mee.

Maar het moeilijkst is het losrukken van de mensen waar we de afgelopen maanden vrienden mee geworden zijn. Allemaal Amerikanen, meestal ouder dan wij. Deze winterstop is voor ons bijzonder, omdat we niet tussen wereldzeilers zitten. Een totaal andere ervaring, van beide kanten. Vol verbazing zagen de buurboten ons gestuiter aan. Onze pogingen om dingen gerepareerd te krijgen. Onze rugzakreizen. Onze directheid in gesprekken, waar ze inmiddels aan gewend zijn. Onze fietsexpedities. We brachten wat reuring en kregen daar gastvrijheid en vriendschap voor terug. En een bijnaam: we worden hier ‘the Dutch kids’ genoemd. Het naderende afscheid valt iedereen zwaar. Dapper kijken ze mee naar de weerkaartjes en elke dag uitstel wordt enthousiast gemeld. Maar dat we gaan is zeker. De dag waarop nog niet helemaal.

Het effect van die onzekerheid is bepaald slecht voor de lever en de opgebouwde vetreserve. Vrijwel elke boot waar we bevriend mee geraakt zijn, besluit om een afscheid te organiseren. De rest schuift lekker aan bij die kuipborrel. Bijzonder gezellige gesprekken, waarin praktische vragen (‘hoe zit dat met een gastenvlag?’) en dromen (‘Ah! Tahiti!’) vrolijk door elkaar lopen. De wijn vloeit en de hapjes gaan nog een keertje rond. En dan komt het Sinterklaas-moment, zoals ik het stiekem noem. Lieve cadeautjes, mooie woorden, een lach en een traan. We gaan deze vrienden missen.

In de koude lentenacht staan Wietze en ik op de steiger. De tas met cadeautjes wappert in de wind. Wietze kijkt naar boven. “Kijk, een wassende maan”. Ik had het ook al gezien. Het zou ideaal zijn om te vertrekken met de grote schijnwerper van Moeder Natuur om ons pad te verlichten. Eenmaal aan boord, zetten we de computer nog een keertje aan. “Ja!” wijst Wietze. “Kijk, dat front buigt nu zeker naar het noorden. Daar zit ons weergat. Maandag gaan we”. Ik kijk snel op het korte kluslijstje. Goed te doen in twee dagen. Ik voel een tintel in mijn buik. Tahiti!

Emeryville, San Francisco Bay, VS, 10 mei 2017

Tags: , Last modified: 17 maart 2021
Sluiten